Beste Hendrik,
Beste John,
Arsenal? Dan denk ik aan een feestje.
Aan ambiance. Dat doe ik bijna
automatisch. Alsof het de evidentie
zelve lijkt. Hoe dat komt? De Antwerpse
concerten zitten daar voor heel wat tussen.
Die concerten hebben een serieuze hand in het leggen van die
verbanden. Ik was daar. Ik heb mij toen in het zweet gedanst. Ik heb mij gesmeten, zoals dat heet. Elke keer weer. Stilzitten was geen optie. Rechtop staan en dansen, dat was telkenmale
de enige en juiste keuze.
Woensdagavond ging ik naar Dance Dance Dance. Een theatervoorstelling in de schouwburg van
NTGent. Een combinatie van film en
muziek, dat was de bijzonder summiere omschrijving. Daarmee moest ik het doen. Wat ik mocht verwachten, wist ik niet. Ik probeerde mij een voorstelling te maken. Maar al die voorstellingen botsten met het
idee van ambianceband. Arsenal hoorde
niet thuis in het theater, tot die conclusie leek ik telkenmale te komen. Die conclusie maakte mij dan ook bijzonder
nieuwsgierig. Nieuwsgierig naar de
manier waarop u dit project zou aanpakken.
Zou uitwerken.
Het gebeurt maar zelden. Maar
als het gebeurt, is het hemels heerlijk.
Reeds van bij het begin zat ik in de voorstelling. In het verhaal. Geen enkele aanpassing. Geen enkele gewenning. Neen, u nam mij bij de hand. Gewillig volgde ik u. Bijna zeventig minuten lang. U had het dan ook bijzonder handig
gespeeld. Bij de begingeneriek kwam u
vaak doorheen de geprojecteerde beelden van Tokio zweven. Jullie stonden achter het witte doek. Met hertengeweien op het hoofd. Wij zagen uw silhouetten. Alsof u deel uitmaakte van de cast. Alsof u deel van de film was. Met die aanwezige momenten leek de illusie
gewekt dat het toch nog een feestje zou kunnen worden. De neiging op te staan en spontaan te gaan
dansen, moest ik onderdrukken. Dat zou
al te zeer storen. Dat zou mijn
filmervaring al te zeer in de weg staan.
De filmervaring. Het is alweer
een tijdje terug dat ik een film zag in een zaal. Ik blijf weg uit filmzalen. Niet omdat er geen goede films zouden
zijn. Die zijn er wel. Laat daarover geen enkel misverstand
bestaan. In die zalen word ik al te veel
afgeleid. Rinkelende gsm’s. Al te grote, stinkende popcorn. Kwetterende en tetterende gasten. Al te veel redenen om weg te blijven uit een
filmzaal. Maar deze keer zat ik in dus
in de zaal. Voor uw film. De omstandigheden waren anders. Optimaal.
Geen enkele afleiding. Ik kon mij
focussen. Dat was een verademing.
De film was fantastisch. Om
verschillende redenen. Omwille van het
verhaal. Een liefdesverhaal. Een verloren liefde. Of een liefde die nooit de kans kreeg uit te
groeien. Uit te bloeien. De vrouw sterft. De man blijft achter. Niet in staat om zijn leven op de sporen te
krijgen. Hij worstelt. Hij zoekt.
Vindt uiteindelijk een oplossing.
Maar is het de juiste? Bij het zien van de film denk ik vaak terug aan
Norwegian Wood van Haruki Murakami. Ook
door boek werd ik emotioneel geraakt.
Net zoals bij uw film.
Maar het is niet enkel het verhaal dat de film tot een fantastische
ervaring maakt. Het is ook het land
waarin u het verhaal situeerde. Japan,
dat is het gastland. U stelt het land
voor zoals ik het in mijn hoofd heb. In
de film wordt mij weer duidelijk waarom Japan op het lijstje staat van nog te
bezoeken landen. Er is dat
mysterieuze. Er zijn die eeuwenoude tradities. Tradities, die zich doorheen het moderne
leven spinnen. Die gehechtheid aan tradities
en het streven naar moderniteit creëren een constante spanning. Bij de jeugd.
Bij de ouderen. Die spanning
resulteert in een heerlijke cocktail.
Wij hebben het verhaal. Wij
hebben het land. Maar wij hebben ook de
beelden. De verhalende filmbeelden
wisselen af met verbeeldende videoclips.
Die afwisseling gebeurt niet gekunsteld.
Die lopen vloeiend ineen. Het een
versterkt het ander. En andersom. Uiteraard.
Nooit is het storend. Telkens is
het een aanvulling op het verhaal. Met
plezier denk ik aan dat ene filmfragment.
De Japanse hertendansers, sishi odori, die doorheen de skyline van Tokio
bewegen. Tegenover de Japanse
wolkenkrabbers lijken die dansers nog reuzen.
Droom en werkelijkheid dansen sierlijk om elkaar heen. Heerlijk om te zien.
Voor ik afsluit, wil ik het nog hebben over de muziek. Want dat is één van de bouwstenen van deze
voostelling. Wij hebben de film. Wij hebben de muziek. Die muziek doet wat het moet doen. Die muziek duwt ons in het verhaal. Die muziek trekt ons mee doorheen een
wonderbaarlijke en emotionele trip.
Altijd is er die juiste klemtoon.
Terughoudend en ingetogen. Wild,
luid en op de voorgrond. Het verhaal
bepaalt het ritme. Dicteert en
dirigeert. Ik hoor een heerlijke symfonie. Een prachtige soundtrack.
Heb ik woensdagavond gedanst? Was er een feestje? Neen. Ik zat in mijn zeteltje. Te kijken.
Te luisteren. Naar die heerlijke
film. Naar die wondermooie muziek. Woensdagavond zag ik een ander gezicht van
Arsenal. De groep is niet enkel een
ambiancemaker. De groep kan ook een
sfeerschepper zijn. Intiem en
sfeervol. Dansen is niet
noodzakelijk. Genieten wel. Dat is dan wat beide gezichten van Arsenal
gemeen hebben.
Ik heb gezegd wat ik meende te moeten zeggen. Ik sluit mijn brief af. Maar alvorens ik dat doe, wil ik u nog danken. Danken voor een fantastische avond. Een aangename avond. Voor een bijna buitenaardse ervaring. Dank.
Dank. Dank.
Met vriendelijke groeten.
Trailer:
Dance Dance Dance – Arsenal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten