Toen lefgozer Willis Earl Beal nog een illustere onbekende was, stapte
hij een platenzaak binnen. Hij was op
zoek naar ‘Jukebox’, het net uitgebrachte album van Cat Power. Dat album wou hij kopen. Hij was fan.
Hij was eigenlijk zelfs een klein beetje verliefd. Heimelijk verliefd. Een liefde, enkel in gedachten. Een liefde, nooit geuit. Toen hij die winkel binnenstapte, zag hij
enkele posters hangen van zijn idool.
Ter promotie van haar nieuwe album.
Hij nam enkele foto’s. Met op die
foto’s zichzelf en de geposterde Cat Power.
Om later te tonen aan zijn vrienden.
Om haar later te kunnen voorstellen als zijn nieuwe liefje. Soms kan het raar kronkelen in het hoofd van
een verliefde jongeman.
Vijf jaar later staat hij in de studio voor de opnames van zijn nieuwe
album ‘Everybody knows’. Voor één liedje
op dat album wil hij een tweede stem. Hij
denkt aan Cat Power. Zou het lukken? Zou
zij willen? Hij stuurt een uitnodiging.
Cat Power aanvaardt. Samen
trekken zij de studio in. Om samen ‘Coming
through’ op te nemen. Het wordt een
pareltje.
Vijf jaar, het kan snel gaan.
Niet enkel in het leven, ook in de liefde. Een heimelijke liefde vervelt tot een zuivere
werkrelatie. Pure pleasure wordt
strictly business. Het kan verkeren, zei
iemand ooit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten