vrijdag 19 februari 2016

Welkom aan twee heerlijke madammen. Brief aan Trixie en Ziggy.

Beste Trixie,
Beste Ziggy,
 
We zouden katjes nemen.  Die beslissing stond vast.  Daarover bestond geen enkele twijfel.  Enkel het tijdstip was nog onduidelijk.  Daarover bestond nog geen eensgezindheid.  Het juiste moment moest nog bepaald worden.  Wanneer dat juiste moment precies zou vallen, wist niemand.  Zelfs wij wisten het niet.
 
Goede beslissingen moeten voorbereid worden.  Improvisatie vormt geen goed vertrekpunt.  Op een wankele basis kan niet gebouwd worden.  Enkel een stevig fundament kan voldoende garantie bieden.  Die wijze levensles houden wij steeds in ons achterhoofd.  Die behoefte aan voorbereiding dreef ons naar buiten.  Naar het Gentse dierenasiel.  Naar de Poezenboot.  Een verkennende voorronde.  Om even de mogelijkheden af te tasten.  Om ons voorzichtig voor te bereiden.
 
De Poezenboot.  Daar gebeurde het.  Daar gebeurde datgene wat wij niet verwacht hadden.  Wat wij nog niet verwacht hadden.  Omdat we nog in de voorbereidingsfase zaten.  Een stevig fundament, u weet nog wel.  Toch gebeurde het op die boot.  Een vriendelijke medewerkster bracht ons naar het benedendek.  Om even te kijken naar het aanbod.  Als onderdeel van onze verkenningsronde.
 
Op dat benedendek zagen wij jullie voor de eerste keer.  Wij waren onmiddellijk verkocht.  Een vreemde uitdrukking.  Maar zo was het.  Wij werden als het ware naar jullie getrokken.  Daar hadden jullie alle verdienste aan.  Jullie waren zo lief.  Wij smolten.  Als boter onder een te hete zon.  Dan gaat het snel.  Heel snel.  Wij keken in jullie ogen.  Jullie keken in onze ogen.  Een chemische reactie, dat is wat gebeurde.  Een reactie, dat moest uitmonden in liefde.  Onvoorwaardelijke liefde.
 
Toch was er die spreekwoordelijke kink in de kabel.  Die kink, die alles anders doet verlopen.  Anders dan de manier, waarop wij het hadden gewenst.  Jullie konden niet mee met ons.  Jullie waren reeds toegewezen.  Nog een kort bezoekje bij de dokter en dan zouden jullie vertrekken naar jullie nieuwe thuis.  Die nieuwe thuis zou niet ons huis zijn.  Een ander adres, dat was het.  Wij zaten in zak en as.  Teleurgesteld.  Want op dat korte moment, dat wij elkaar zagen, hadden wij het al uitgemaakt.  Jullie zouden onze nieuwe katjes worden.  Niet dus.  Die mededeling kwam hard binnen.
 
Dagen gingen voorbij.  Dagen, waarin wij toch geregeld aan jullie dachten.  Jullie bleven in onze hoofden hangen.  Wij praatten vaak over jullie.  Hoe fijn het zou geweest zijn.  Hoe leuk.  Hoe fantastisch.  Jawel, wij hadden spijt.  Veel spijt.
 
Maar dan kwam die zaterdag.  Die zaterdag kregen wij dat onverwachte telefoontje.  In dat telefoontje werd gevraagd of wij nog interesse hadden in jullie.  Uiteraard.  Zeer zeker.  Er werd ons gezegd dat er iets was misgelopen in de oorspronkelijke adoptie.  Nu kwamen zij bij ons terecht.  Nu hadden wij de eerste keuze.  Wij hoefden hierover niet meer na te denken.  Wij zeiden onmiddellijk toe.  Zonder enige aarzeling.  Zonder enige twijfel.  Wij waren verheugd.  De hand van God, dat zagen wij in deze vreemde wending.  De hand van God? Die bestaat.  Vraag het maar aan Maradona.  Of aan het Engelse team, dat hierdoor de kwartfinale verloor op het WK in Mexico.

 
Wij kwamen onmiddellijk naar jullie toe.  Met een korte omweg.  Snel nog even passeren bij de dierenwinkel.  Beetje proviand inslaan.  Proviand en een krabpaal.  Want dat zouden jullie nodig hebben.  Wij willen het beste voor jullie.  Jullie moeten jullie welkom weten in ons huisje.  Dan moet alles een beetje heringericht worden.  Moet alles een beetje op jullie gericht zijn.
 
Wij kwamen thuis.  Met jullie.  Op de Poezenboot was alles vlot gegaan.  Geen enkel probleem.  Alles was voorbereid.  Wij kregen jullie mee.  Wij kwamen dus thuis.  Bang afwachten hoe jullie zouden reageren.  Er is toch altijd die aanpassing.  Aan een nieuwe omgeving.  Soms kan dat moeilijk verlopen.  Wij kennen die verhalen.  Dat katjes verdwijnen onder de kast.  Schuchter.  Bang.  Benauwd om zich over te geven aan het nieuwe.  Hiervan was bij jullie niks te zien.  Meteen trokken jullie op verkenning.  Doorheen jullie nieuwe thuis.  Alles werd besnuffeld.  Een intense kennismaking werd het.


 
Wij keken toe.  Met glinsterende oogjes.  Oogjes, waarin jullie ongetwijfeld blijheid zagen weerspiegeld.  Want blij waren wij.  Blij en opgelucht.  Dat wij jullie bij ons hadden.  Zoals wij het ons eigenlijk hadden voorgesteld.  In onze dromen.  Er wordt wel eens gezegd dat de meeste dromen bedrog zijn.  Maar heel soms worden dromen werkelijkheid.  Zoals nu.
 
Jullie zijn nu een weekje bij ons.  Alles is anders nu.  Beter.  Er is beweging in huis.  Frivoliteit.  Speelsheid.  Er is opnieuw deugnieterij in huis.  Jullie zijn de clowns.  De narren.  Jullie zijn de entertainers.  Wij lachen met jullie gekke capriolen.  Met jullie bokkesprongen.  
 
’s Morgens vertrekken wij naar het werk.  Met pijn in het hart.  Omdat wij jullie moeten achterlaten.  Maar ’s avonds haasten wij ons dan naar huis.  Want wij willen bij jullie zijn.  Elk moment.  Wij willen jullie zien.  Zo veel mogelijk.  Zo lang mogelijk.  Wij willen jullie koesteren.  Zo intens mogelijk.  Zo warm mogelijk.  

 
Plots lijken wij weer volledig te zijn.  Zonder dat wij het wisten ontbrak er een stukje.  Een stukje waardoor de puzzel onvolledig was.  Nooit af was.  Nu is dat laatste stukje gelegd.  Nu is de puzzel volledig.  Dankzij jullie.  Jullie hebben ons dat laatste stukje geschonken.  Daarvoor zijn wij jullie nu al dankbaar.
 
Beste Trixie.  Beste Ziggy.  Wij gaan jullie verzorgen.  Verwennen.  Daarover bestaat geen enkele twijfel.  Dat engagement gaan wij aan.  Met jullie.  Voor jullie.  Want één ding is zeker, wij willen jullie gelukkig zien.  Want pas dan kunnen wij gelukkig zijn.
 
Vele groetjes.

1 opmerking:

  1. heel mooi. Jullie zijn gelukkig, de poesjes zijn gelukkig en wij zijn gelukkig dat ze zo een fantastische thuis hebben gekregen bij jullie. Prachtige foto's. Dank je wel. Groetjes. Mieke van de Poezenboot

    BeantwoordenVerwijderen