Beste Sergio,
Ik weet niet hoe te beginnen.
Ik ken u niet. Laat mij hierover
duidelijk zijn. Ik was nooit een gast in
het vroegere Oud Sluis. Ik ben nog niet
langs geweest bij Pure C. Tot op vandaag
was ik nog niet in The Jane. Uw
culinaire uitmuntendheid is wereldvermaard.
Wereldberoemd. Toch heb ik deze
nog niet kunnen proeven. Een andere
mogelijkheid u te leren kennen zijn de televisieprogramma’s, waaraan u uw
medewerking verleent. Eerlijkheid
gebiedt mij te zeggen dat dergelijke programma’s niet tot mijn favorieten
gerekend worden. Wij hebben dus niks
gemeen. Wij delen niet één
gemeenschappelijk iets.
U leest die ietwat vreemde inleiding.
Een weinig uitnodigende inleiding bovendien. Wij zouden het hierbij kunnen laten. Ik zou tot het besluit kunnen komen deze
brief dan toch maar te beëindigen. Omdat
we elkaar niks te vertellen hebben. Maar
dat zou verkeerd zijn van mij. Omdat ik
niet het volledige verhaal vertel. Omdat
wij heel misschien toch iets gemeenschappelijks hebben. Iets wat ik tot gisteren niet had.
Gisterenavond keek ik naar Fucking Perfect. Bij toeval.
Aanvankelijk zouden wij naar een film kijken. Maar bij het bladeren doorheen de opgenomen
programma’s op onze digibox botste ik op deze documentaire. Die stond ook nog te wachten om bekeken te
worden. Het oorspronkelijke plan een
film te zien, werd geschrapt. Wij
nestelden ons in de zetel voor uw documentaire.
Want daarnaar zouden wij kijken.
Dat hadden wij zonet beslist.
Soms kunnen plannen plots gewijzigd worden. Wij zijn flexibel. Zelfs in de kleine dingen van het leven geven
wij blijk van die flexibiliteit.
Rondom ons hadden wij het nodige proviand verzameld. Zodat wij de zetel niet meer uit
hoefden. Een colaatje. Enkele chocolaatjes. Een yoghurt.
Geen haute cuisine. Een grotere
tegenstelling met uw leefwereld had niet gekund. Onbewust leken wij te denken dat het
noodzakelijk was. Noodzakelijk om tot
een beter begrip te komen. Vaak is het
gemakkelijker vanop afstand te oordelen.
Onze zelfgekozen proviand leek die afstand inderdaad te bevestigen.
Fucking Perfect? Wij zien het einde van Oud Sluis. Wij zien het begin van The Jane. Zo zou het hele verhaal kunnen samengevat
worden. Maar die beknoptheid zou afbreuk
doen aan deze documentaire. Want deze
documentaire is meer. Veel meer. In het hele verhaal staat u centraal. U bent de rode draad. U verbindt het einde met het begin. U brengt ons van omega naar alfa.
In Fucking Perfect wordt u plots meer dan een topchef. Wij zien al die andere facetten van uw
persoonlijkheid. Al die deeltjes, die u
tot Sergio Herman maken. Die deeltjes
zijn velerlei. Wij zien u als
echtgenoot. Als vader. Als zakenman.
Als broer. Als zoon. Als entertainer. Wij zien u vechten. Om al die facetten te kunnen zijn. Tezelfdertijd.
Om in al die verschillende deelpersoonlijkheden uw rol ten volle te
kunnen spelen. In die strijd twijfelt u
soms. Dat het u niet zal lukken. Dat u zal falen. Die twijfel maakt u breekbaar. Maakt u mooi.
Akkoord, in eenieder schuilt wel iets van al die verschillende
deeltjes. Maar bij u hadden wij dat niet
verwacht. In al die jaren was uw beeld
verengd tot dat van topchef. Dat was u. Enkel dat.
Wij leken bijna te vergeten dat ook u een mens was. Zoals al de rest. Wij leken bijna te vergeten dat ook u
twijfelde. Zoals al de rest. Wij leken bijna te vergeten dat ook u dromen
had. Zoals al de rest. Wij leken bijna te vergeten dat ook u wordt
geconfronteerd met pijn en verlies.
Zoals al de rest. In Fucking
Perfect werd u mens. Voor de hele duur
van de documentaire leek uw status van topchef slechts bijkomstig te zijn.
Ik heb naar u gekeken. Ik heb
naar u geluisterd. Ik werd ontroerd door
uw eerlijkheid. Door uw gedrevenheid. Door uw blijvende zoektocht naar
perfectie. Door uw niet aflatende drang
iets te betekenen in de culinaire wereld.
Een wereld, die uw leven beheerst.
Via uw grootvader. Via uw vader.
Gisterenavond zag ik Fucking Perfect.
Gisterenavond zag ik u. Ik kreeg
het gevoel u te kennen. Of toch iets
beter te kennen. Dat kan niet. Dat is een illusie. Ik weet het.
Ik besef het. Maar toch. Fucking Perfect opende eventjes de deur. Heel even kon ik binnenkijken. In uw ziel.
In uw leefwereld. In uw
gedachten. Ik heb gekeken. Wat ik daar zag, heeft mij blij gemaakt. Wat ik daar zag, heeft mij diep geraakt. Dat zong Raymond van het Groenewoud. In Liefde voor Muziek. Ik zal het niet zingen. Ik schrijf het. Met dezelfde overtuiging. Met eenzelfde geloof.
Beste Sergio, ik wil u danken voor een fijne televisieavond. Ik wil u danken voor deze kennismaking. Een kennismaking met misschien wel vreemde
gevolgen. Ik schakelde de televisie
uit. Bijna onmiddellijk kwam bij mij die
ene gedachte op. Ik wil naar
Antwerpen. Naar The Jane. Want niet enkel in beelden kan ik u leren
kennen. Ook in gerechten schuilt uw
persoonlijkheid. Dat wil ik even
aftoetsen. Dat wil ik even
uitzoeken. Jawel, ik ben een
nieuwsgierig mens.
Ik zeg u dus geen vaarwel. Wel
tot ziens. Tot een volgende
kennismaking.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten