Beste Jan,
Uw boek won in 2005 de AKO Literatuurprijs. In 2006 werd uw boek genomineerd voor de
Libris Literatuurprijs. Die nominatie
werd evenwel niet verzilverd. Het kan
niet altijd prijs zijn, zo zou ik u willen troosten. Indien troost nog nodig zou blijken want uw
boek dateert toch ook al van tien jaar terug.
Dat is een tijdje. Voldoende
tijd, meen ik, om u over het mislopen van een prijs heen te zetten. Niet bij de pakken blijven zitten en vooruit
kijken, dat zei mijn vader als ik thuis kwam na een slecht examen. In die woorden moest ik niet enkel troost
vinden maar ook kracht. Kracht om door
te gaan. Om mij klaar te stomen voor het
volgende examen. U bent niet bij de
pakken blijven zitten. Dat mag ik
afleiden uit uw oeuvre. Na Knielen op
een bed violen volgden nog vele boeken.
Boeken, die ik nog niet gelezen heb.
Jawel, ik loop achter. Ik kan
geen gelijke tred houden met de publicatie van nieuwe boeken. Niet enkel uw boeken. Wel alle boeken. Pas vorige weken kwam ik tot het lezen van uw
bekroonde boek. Tien jaar na datum.
Knielen op een bed violen. Ik
moet bekennen, ik vond het altijd al een vreemde titel. Een rare, eigenaardige titel. Misschien dat die titel een verklaring zou
kunnen zijn waarom ik al die tijd wegbleef van het boek. Het zou kunnen. Nu ik het boek uit heb, snap ik die
titel. Juister kan die titel niet
zijn. Want in die enkele woorden schuilt
een kernachtige samenvatting van het volledige boek. In die enkele woorden komen twee werelden
samen. De hogere wereld en de huidige
wereld. Het hemelse en het aardse. Die spanning tussen beide werelden, die in
het boek wordt uitgewerkt, krijgt in de titel een voorafspiegeling.
Extremisme, dat is de kern van uw boek. U toont de gevolgen van een strikt
religieuze, fundamentalistische greep op een mensenleven. U toont de verwoesting van een
mensenleven. U toont de diepe wonden,
die het slaat in een relatie. Een
relatie, waarbij de man zich steeds dieper ingraaft in een enggeestig
geloof. Een man, die wordt verscheurd
door twijfel. Twijfel, die hem
vervreemdt. Van zijn omgeving. Van zijn gezin. Van zijn vrouw. Op een vernietigende manier dringt dat
fundamentalisme het gezin binnen. De
vrouw verzet zich. Biedt enig weerwerk. Zonder enig succes. De man blijft doof voor mogelijke
tegenargumenten. Hij klampt zich vast
aan de volgens hem enige reddingsboei, dat vervloekte geloof.
U doet verslag van dat proces.
Van die strijd. Maar dat is niet
het enige. Andere gevechten dringen uw
verhaal binnen. Het vooruitgangsidee
breekt binnen in uw verhaal. Moderne
tijden kunnen niet buiten Velp gehouden worden.
Die botsing tussen het behoudende en vernieuwende wordt in dit boek
verder uitgewerkt. Tevens zien wij in uw
verhaal hoe de grote wereld langzaamaan het kleine dorpje openbreekt. Het isolement wordt gesloopt. De grote wereld treedt binnen. Het kan niet buitengehouden worden. Wereldbeelden botsen met elkaar.
Confrontatie. Dat is wat
continu gebeurt in uw boek. Uw
protagonist ziet zich voortdurend geconfronteerd. U tekent voor hem een constante zoektocht
uit. Een zoektocht naar de juiste
plaats. De juiste plaats in het
leven. In het werk. In het geloof. In de liefde.
In het gezin. Nooit wordt die
juiste plaats gevonden. Want steeds weer
is er die twijfel.
Uw verhaal leest als een detectiveroman. Ik wil dat die vreemde kwezels, die predikers
ontmaskerd worden. Dat zij
tentoongesteld worden als mensen, die het eigenlijk ook allemaal niet
weten. Ik wil dat die ontmaskering de
ogen opent van uw Hans Sievez. Zodat hij
kan landen. Met beide voeten terug op
aarde belandt. Zodat hij zijn echte geluk
terugvindt bij zijn gezin. Zodat hij kan
terugkeren naar die ooit, warme liefde.
Dat alles wil ik. Daarom raas ik
verder doorheen uw boek. Omdat ik,
ondanks alles, toch het beste wil voor uw Hans.
Dat verlangen doet mij steeds teruggrijpen naar uw boek. Elk kort moment duik ik uw boek in. Keer ik terug naar Velp. Naar de kwekerij. Omdat ik hoop. Hoop op een mooi einde.
In 2005 won u de AKO Literatuurprijs.
In 2015 las ik uw bekroonde boek.
Nu pas kan ik u feliciteren met het boek. Omdat ik het nu pas las. Want zo is het altijd geweest. Boeken moeten eerst gelezen worden, pas dan
kan of mag er gefeliciteerd worden.
Daarom, mijn oprechte en welgemeende felicitaties. U schreef een prachtig boek.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten