Bij het boeken van de
Incatrail hadden wij de keuze. Wij
konden kiezen uit een tweedaagse of een vierdaagse trektocht. Wij verblijven vijf dagen in Cuzco. De vierdaagse trektocht zou betekenen dat wij
slechts één dag hebben om deze stad te bezoeken. Cuzco is de meest bezochte stad in Peru. Sinds 1983 staat de stad op de
Werelderfgoedlijst van Unesco. Slechts
één dag lijkt mij dan bijzonder nipt voor een stadsbezoek. Wij kozen daarom voor de tweedaagse
Incatrail. Om zo voldoende tijd te
hebben in Cuzco. Wat een geluk dat wij
die keuze maakten. De voorbije dagen
focusten wij ons in het bijzonder op de omliggende sites. Vandaag zullen wij ons meer op het centrum
richten. Want dat centrum vraagt om nog
een diepgaand onderzoek. Jawel, wij
zagen reeds de kathedraal. Wij zagen
reeds Santa Catalina. Wij zagen reeds
Santo Domingo. Maar er is nog meer te
zien. Veel meer. Dat willen wij vandaag ontdekken. Op onze laatste dag in Cuzco.
Waar te beginnen? Dat is
altijd de moeilijkste vraag bij een stadsbezoek. Eens de start is vastgesteld, lijkt het
vervolg van de wandeling bijna logisch.
De wandeling lijkt zich dan bijna automatisch uit te stippelen. Alsof de hand van God ons begeleidt. Diezelfde hand, die ook Maradonna hielp bij
zijn doelpuntje tegen Engeland op het WK van 1986.
Een grondige studie vooraf
doet ons besluiten te beginnen in de wijk San Blas. Er wordt ons verteld dat dit een aangename
wijk zou zijn. Schilderachtig, zo wordt
in vele reisgidsen deze wijk met zijn smalle straatjes en koloniale huizen
genoemd. Het blijkt geen leugen te
zijn. Het is heerlijk wandelen langs de
talrijke werkplaatsen van al even talrijke ambachtslieden. Montmartre, aan die Parijse plaats moet ik
denken. Een Franse wind lijkt door deze
wijk te waaien.
San Blas
Vanuit deze wijk moeten wij
naar de Calle Hatunrumiyoc. Moeten?
Jawel, moeten. Zoals een bezoek aan
Parijs niet kan zonder de Eifeltoren gezien te hebben. Of zoals een bezoek aan New York niet kan
zonder het Vrijheidsbeeld gezien te hebben.
Of zoals een bezoek aan Londen niet kan zonder Big Ben gezien te
hebben. Elke stad heeft zo zijn obligate
plekjes. Plekjes waaraan een toerist
niet kan ontsnappen. Want zonder dat obligate
bezoek zou het wel lijken of hij nooit in die ene stad geweest is. Die verplichte stop in Cuzco is de twaalfhoekige
steen in de eerder genoemde Calle. U kan
er niet naast kijken. Niet enkel omwille
van de omvang. Ook omwille van de massa
toeristen aan die steen. Iedereen wil
wel op de foto met de meest gekende steen van Peru. De steen werd ooit gebruikt bij de bouw van
het paleis van Inca Roca, de zesde Incakeizer.
Dat paleis is niet meer. Bestaat
niet meer. U weet wel, de Spanjaarden
zijn hier gepasseerd. Het paleis werd
vernield, de stenen werden herbruikt. De
twaalfhoekige steen kreeg een tweede leven als onderdeel van het paleis van de
aartsbisschop. Aan dat paleis kijken wij
naar die unieke steen. Zoals ik al zei,
wij staan daar niet alleen. Wel in het
gezelschap van vele toeristen. Dat is zo
met die verplichte plekjes. Eenzame
afzondering bestaat niet op die plekjes.
Zich heel eventjes isoleren van de massa is niet mogelijk. Die plekjes moeten gedeeld worden. Met velen.
Het toeristische groepsgevoel, de last van het massatoerisme.
Wij laten de twaalfhoekige
steen achter ons. Wij hebben onze
foto. Uiteraard. Als akte van bewijs. Onze opdracht is volbracht. Wij kunnen door. Op naar het volgende. Naar Plaza Nazarenas. Op dat plein vinden wij het Museo de Arte
Precolombino. Wij twijfelen naar binnen
te gaan. Snel wordt een kosten-batenanalyse
gemaakt. Pro’s en contra’s worden op een
rijtje gezet. Aan het eind van deze
denkoefening besluiten wij toch niet binnen te gaan. Wij willen het eventjes rustig houden in onze
hoofden. Voorlopig geen input van
allerlei historische data. Het lijkt
alsof onze hoofden vol zitten. Nog meer
data opnemen lukt niet meer. Daarom
blijven wij buiten de poorten van het museum.
U kan ons cultuurbarbaren noemen.
Dat zou terecht kunnen zijn. Maar
omwille van het lijfsbehoud blijven wij buiten.
Fallen Angel, het café
naast het museum, kan ons dan wel verleiden.
Die poorten houden ons niet buiten.
Wij hoeven zelfs niet na te denken.
Hier geen kosten-batenanalyse.
Wij gaan gewoon binnen.
Onmiddellijk. Dit is een café
buiten categorie. In mijn lange carrière
van caféganger en tooghanger heb ik een dergelijk iets nog niet
meegemaakt. Dit café is uniek. Dat unieke karakter heeft het café met
hoofdzaak te danken aan de toch wel aparte inrichting. Over smaken en kleuren mag niet
gediscussieerd worden. Dat wisten de
Romeinen al. Ik zal het dan ook niet
doen. Sommigen noemen het wanstaltige
kitsch. Ik ben geen van hen. In het kamp van de tegenstanders zal u mij
niet vinden. Ik ben fan van deze
plek. Of beter nog, ik word fan van deze
plek. Meteen. Van bij de eerste aanblik. Hier hangt een heerlijke, aparte gekte. Gekte kan ik altijd smaken. Een beetje gekte moeten wij toelaten in ons
leven. Niet te veel. Juist gedoseerd. Gekte kruidt het leven. Maakt datzelfde leven boeiend en interessant.
Met plezier laat ik mij dan ook
onderdompelen in deze warme waanzin.
Fallen Angel
Markten in Cuzco? Jawel, er
is een ruime keuze. Je kan kiezen voor
El Molino, de grootste zwarte markt van Cuzco.
El Baratillo, de vlooienmarkt, is een andere mogelijkheid. Wij gaan voor geen van beiden. Wij kiezen voor San Pedro. Want als twee honden vechten om een been,
loopt de derde er mee heen. Op deze
markt vinden de toerist en de lokale bevolking elkaar. Het is een meer dan gezellige
smeltkroes. Alles kan je hier vinden. Niet enkel souvenirs. Daarvoor komen de ‘locals’ niet. Op deze markt doen zij hun inkopen. Brood, vlees, eieren, kaas, groenten, fruit,
… Het aanbod is meer dan divers. Daarop
valt niks aan te merken. Enig punt van
kritiek zou misschien de netheid kunnen zijn.
De hygiëne. Of is dat een
bemerking vanwege de verwaande toerist? De toerist, die in eigen land gaat
winkelen in de netjes verzorgde buurtwinkels of grootwarenhuizen. Ondanks dat ene puntje van misschien al te
gemakkelijke kritiek is het hier heerlijk rondwandelen.
Cuzco
De hongerige spijzen, het
is een werk van barmhartigheid. Die taak
nemen zij op of in San Pedro ter harte.
Vele eetstalletjes. Vele
eetkraampjes. En alweer is de keuze meer
dan uitgebreid. Eten doen wij niet. Toch niet hier. Omwille van een te gevoelige maag. De lokale keuken kan een aanslag zijn op dat
tere maagje. Dat willen wij
vermijden. Om het half uur een sanitaire
stop inlassen, voor dat scenario passen wij.
Geen middagmaal dus. Onze
smaakzin wordt niet geprikkeld. Toch
niet hier. Toch niet op deze markt. Wel geven wij onze ogen en oren de kost. Vooral op de sectie van de beenhouwers. De slagers.
Wat wij hier zien tart bijna elke verbeelding. Alles wat van een dier kan verkocht worden,
ligt hier uitgestald. Als ik schrijf
‘alles’, dan bedoel ik ook ‘alles’. Denk
aan of verlang naar één iets en u zal het hier vinden. Zonder enige twijfel. Wat niet kan verkocht worden, het zogenaamde
slachtafval, ligt gestapeld. Op de
toonbank. Jawel, niks wordt u onthouden. Alles wordt getoond. Koppen, poten, staarten, ogen, oren, snuiten,
balzakken, teelballen, … Bijna op automatische piloot wandelen wij doorheen
deze gangen. Als het te erg wordt,
kijken wij weg. Jawel, wij zijn
gevoelige kijkers. Niet alles hoeven wij
te zien. Toch niet in detail.
San Pedro
San Pedro gingen wij binnen
aan de voorzijde. Aan de Plaza de San
Francisco. Verlaten doen wij de markt
langs de achterzijde. Langs het
achterpoortje. Via die poort lijken wij
beland te zijn in een ander Cuzco. Dit is
niet het hippe Cuzco. Niet het
toeristische Cuzco. Dit is het echte
Cuzco. Het leven zoals het is. Niet het leven zoals wij denken dat het
is. Of zoals wij denken dat het zou
moeten zijn. Chaotische gekte, dat is
wat wij hier zien. Wat wij hier ervaren. Tot gisteren dachten wij dat Cuzco netjes
gestructureerd was. Dat de inwoners de
nodige discipline hadden. Dat beeld
wordt hier eventjes bijgesteld.
Voetpaden zijn hier geen verplichting voor de voetgangers. Wel een mogelijkheid. Verkeerslichten kunnen genegeerd worden. Rood kan hier soms groen betekenen. Alles wat wij als ‘normaal’ beschouwen, wordt
hier op zijn kop gezet. Heerlijk!
Wonderbaarlijk dit te kunnen meemaken.
San Pedro
Via die achterafstraatjes
bereiken wij ons hotel. Wij moeten onze
koffers pakken. Vanavond moeten wij onze
vlucht halen. Wij keren terug naar
Lima. De cirkel is rond.
Volgende aflevering (dag 23) op maandag 16/03.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten