donderdag 30 november 2017

Uitgelezen: Het bewijs van een lichaam. Brief aan Alexandria Marzano-Lesnevich.

Beste Alexandria,
 
True crime.  Het schijnt een apart genre te zijn binnen de literatuur.  Ik had er mij nog niet aan gewaagd.  Ik bleef er van weg.  In mijn boekenkast staat al jarenlang In Koelen Bloede van Truman Capote.  Ik ben er nog niet aan begonnen.  Een verklaring hiervoor kan ik niet geven.  Verder dan deze vaststelling kom ik niet.  Aan deze situatie zou weinig veranderen.  Dat dacht ik niet.  True crime leek niet aan mij besteed.  Tot ik begon aan uw boek.  Tot ik uw boek las.  Met het lezen van uw nieuwste boek brokkelde mijn niet te verklaren vooringenomenheid tegenover true crime af.  U was de sloophamer.
 
U schrijft over één moordzaak.  Die moordzaak is geen fictie.  Is niet voortgesproten uit uw fantasie.  Non-fictie, dat is het.  Uitgebreid documenteert u deze ene moordzaak.  Als lezer volgen wij de verschillende stappen.  De moord.  De zoektocht.  Het dreggen.  De verslaggeving.  De begrafenis.  De autopsie.  De verhoren.  De arrestatie.  De bekentenis.  De processen.  De rechtbankverslagen.  U vertelt wie de dader is.  De familie van de dader.  U vertelt wie het slachtoffer is.  De familie van het slachtoffer.  U vertelt wie de getuigen zijn..  De juryleden.  De rechters.  De advocaten.  U concentreert zich op die ene moordzaak.  Al snel wordt uw aandacht ruimer.  U focust op het grotere verhaal.  Op het volledige verhaal.  Steeds meer details worden toegevoegd.  De kring rondom die ene moordzaak wordt ruimer.  En interessanter.
 
In uw boek schrijft u dat de aanzet voor het verhaal van Ricky Langley, de pedofiele dader, een aanzet kan zijn voor uw eigen verhaal.  Uw persoonlijk verhaal.  Indien u er zou in slagen het verhaal van Ricky op te lossen, zou u heel misschien uw eigen verhaal kunnen oplossen.  Want beide verhalen komen op een voor u onverwachte wijze samen.  Als stagiaire bij een advocatenkantoor in Louisiana raakt u betrokken bij de herziening van het proces.  Bent u enkel betrokken partij als stagiaire? Of zou het toch iets meer zijn? Om een andere reden voelt u zich betrokken.  Om een andere reden wenst u deze zaak uit te diepen.  Om een andere reden wenst u deze zaak te begrijpen.  U ontdekt parallellen met uw eigen verleden.  Met uw familieverleden.  Als jong meisje werd u misbruikt door grootvader.  Plots ziet u in Ricky uw grootvader terug.  En omgekeerd.  In uw grootvader ziet u Ricky terug.  Die dualiteit maakt alles bijzonder intens.  Bemoeilijkt alles.  U moet helder denken.  Onpartijdig moet u zijn.  Onbevooroordeeld.  Dat alles kan behoorlijk veel zijn.
 
In uw boek schetst u de vele paralellen.  U schrijft hoe de moeder van het slachtoffer wil geloven dat haar zoontje niet werd misbruikt.  Omdat het makkelijker is om mee te leven.  Eenzelfde houding ziet u bij uw zus.  Zij was, net als u, slachtoffer van incest maar beslist op een zekere leeftijd geen slachtoffer meer te willen zijn.  Zij schudt die slachtofferrol van zich af.  Alsof het misbruik nooit gebeurd is.  Daar hebt u het moeilijk mee.  U meent dat zich afwenden van het verleden niet heilzaam kan zijn.  Nooit heilzaam kan zijn.  
 
U botst op een muur van stilzwijgen.  Net als Ricky.  In beide families heerst die rotsvaste wil te vergeten.  Er hoeft niet gepraat te worden.  De zaak wordt met de mantel der liefde toegedekt.  Ricky kan zijn verhaal niet kwijt.  Hij beseft dat hij pedofiel is.  Hij worstelt met dat deel van zijn persoonlijkheid.  Maar het gevecht moet hij alleen aangaan.  Er zijn gesprekken met psychiaters.  In de gevangenissen.  Eenmaal op vrije voet staat Ricky opnieuw helemaal alleen. 
Op een avond vertelt u over uw misbruik door grootvader.  U doet uw verhaal aan uw ouders.  Het wordt stil.  Het blijft stil.  Geen troostende woorden.  Niks.  Het gewone leventje gaat zijn gang.  Alsof er niks gebeurd is.  Het lijkt wel alsof het misbruik een mogelijke bedreiging is voor het succesvolle imago van de familie.  Die bedreiging moet afgewend worden.  Absoluut stilzwijgen lijkt de oplossing te zijn.  Toch volgens uw vader en moeder.
 
In uw boek sluipt ook de discussie omtrent de doodstraf.  Aanvankelijk was u fervent tegenstander.  U twijfelde niet.  Nooit.  U was tegen de doodstraf.  Maar Ricky Langley doet dat geloof wankelen.  Zet alles op losse schroeven.  U lijkt het allemaal niet meer te weten.  Plots gaat u twijfelen.  Jawel, Ricky Langley verdient de doodstraf.  Dat lijkt u aanvankelijk te denken.  U wil dat Ricky sterft.  Ondanks uw juridische opleiding wil u deze man niet redden.  Omwille van Ricky wil u weg uit de juristerij.  Omdat u de misdaad als persoonlijk opvat.  Aan het eind van het boek gaat u opnieuw twijfelen.  Omdat u zich in de zaak verdiept hebt.  Omdat u het volledige verhaal kent.  U beseft dat het moeilijk is om te oordelen.  Dat oordeel hangt af van wanneer een verhaal begint.  Begint het verhaal bij de moord? Of gaat het verhaal verder terug? Naar de jeugdjaren van de dader? Naar het auto-ongeval waarin de dader zijn broertje en zusje verliest? Dat zoeken naar het eigenlijke begin van een verhaal bemoeilijkt het oordeel en de te bepalen houding tegenover de doodstraf.  Het wordt moeilijker wanneer de dader ook mens wordt.  De zienswijze hangt af van wie je bent en van het leven dat je hebt gehad.  Hangt ook af van wat de dader heeft gedaan.  U beseft dat een mens niet het een of het ander kan zijn.  Dat kan enkel een verhaal.  Voor een mens ligt dat moeilijker.
 
Uw boek begon met één moordzaak.  Daartussen weefde u uw persoonlijke verhaal.  Die cocktail maakt uw boek buitengewoon aangrijpend.  Het is bijna onmogelijk doorheen dit boek te razen.  Vaak lukt mij dat.  Thrillers kan ik in één ruk uitlezen.  Nu niet.  Het lukt mij niet.  Uw boek heeft mij in zijn macht.  Bespeelt mijn emoties.  Ik kan niet onbewogen blijven.  Ik word geroerd.  Ontroerd.  Tranen komen in mijn ogen als ik die enkele passages lees.  Als u uw grootvader confronteert met zijn daden.  Als de moeder van het slachtoffer Ricky ontmoet in de gevangenis.  Hier kan niemand ongevoelig blijven.  Dit moet iedereen raken.  Dit boek moet iedereen kippenvel bezorgen.
 
Beste Alexandria.  U schreef een mooi maar moeilijk boek.  Omdat u vragen stelt bij het daderschap.  Bij het slachtofferschap.  Bij de doodstraf.  Bij de noodzaak gehoord te worden.  U dwingt de lezer een standpunt te bepalen.  Dat dwingt u af via uw boek.  Via uw fascinerende boek.  Voor die uitzonderlijke prestatie wil ik u danken.  Nog één ding wil ik u zeggen.  Tot een volgende keer.  U hebt mij nieuwsgierig gemaakt naar uw verdere werk.
 
Met vriendelijke groeten.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten