dinsdag 21 november 2017

Onbezongen, gezien in Minnemeers. Brief aan Vincent Stuer en Valentijn Dhaenens.

Beste Vincent,
 
U schreef de tekst.  In uw voorbije leven had u reeds vele gedaantes.  In de politiek.  U zat niet stil.  U was partijwoordvoerder.  U was kabinetslid.  Op Buitenlandse Zaken.  Bij de Europese Commissie.  U was speechschrijver.  Niet voor de minsten.  Niet voor klein Pierken.  U schreef voor Karel de Gucht.  Voor José Manuel Barroso.  In de politieke wereld hebt u een indrukwekkend curriculum bijeengesprokkeld.  U weet waarover u schrijft.  U kent het door u behandelde thema door en door.  Persoonlijk hebt u gezien hoe het er aan toe gaat in dat wereldje.  U hebt het niet van horen vertellen.  
 
In één personage hebt u vele verhalen samengebracht.  In uw vele hoedanigheden hebt u verliezen meegemaakt.  Dat denk ik.  Dat vermoed ik.  U hebt overwinningen gevierd.  Persoonlijke verliezen of overwinningen.  Verliezen of overwinningen van een partij.  U hebt achter de schermen kunnen kijken.  U zag koningsdrama’s.  U kwam in contact met ego’s.  Grote, grotere en grootste ego’s.  U zag politici, die de weg kwijt waren.  Die, onderweg naar de top, de band met de realiteit verloren.  U zag mannen en vrouwen met ambities.  Ambities, die zorgden voor fricties en botsingen.  Voor scheuringen binnen een partij.  
 
Vanop de eerste rij hebt u vele campagnes meegemaakt.  Ook dat denk ik.  Ook dat vermoed ik.  U hebt de mechanismen gezien, die een campagne sturen.  Mechanismen, waarop een kandidaat en/of partij niet altijd invloed hebben.  U hebt gezien hoe er moet gestuurd worden.  Hoe er moet bijgestuurd worden.  U hebt gezien hoe alles ontleed wordt.  Niet enkel het programma.  Dat programma is slechts bijkomstig.  Heel waarschijnlijk hebt u dat mogen ervaren.  U hebt gezien hoe telkens weer de complexiteit van een dossier moet teruggebracht worden tot een simplistische oneliner.  U hebt gezien hoe in een campagne een politicus verwordt tot een product.  U hebt gezien hoe niet de vernieuwende ideeën het politieke spel beheersen en sturen maar wel de opiniepeilingen.
 
Zoals ik al zei, dat alles hebt u samengebracht in één tekst.  In één personage.  Eén iemand moest die tekst vertalen naar het podium.  Eén iemand moest zich die tekst eigen maken.  Moest zich dat personage eigen maken.  Eén acteur moest het door u gecreëerde personage worden.  U hebt gezocht.  U hebt gevonden.  Zo gaat het vaak.  Niet voor niets wordt gezegd dat wie zoekt ook zal vinden.  Ik weet niet hoe moeilijk uw zoektocht was.  Ik weet niet of u de acteur hebt gevonden.  Heel misschien was het net andersom.  Misschien vond de acteur u.  Dat alles weet ik niet.  Wat ik wel weet, is dat u uitkwam bij Valentijn Dhaenens.  Een meer dan goede keuze.  Een excellente keuze.  Ik heb al te veel verteld.  Geschreven.  Ik mag niet overhaast te werk gaan.  Beetje per beetje moet ik tot mijn besluit komen.  Maar eerst even naar Valentijn.  Hem wil ik ook even aan de ‘lijn’.
 
 
Beste Valentijn,
 
U speelt de tekst.  De acteur wordt de politicus.  Terwijl ik dit schrijf moet ik een lach onderdrukken.  Omdat ik besef dat in de wereld van de politiek de politicus vaak acteur wordt.  Dat in die wereld heel vaak het omgekeerde gebeurt.  Die bewering durf ik te schrijven na het zien van de voorstelling. 
 
In die voorstelling zie ik hoe een politicus geregisseerd wordt.  Spontaniteit verdwijnt.  De persoon achter de politicus verdwijnt.  Alles wat rest is de politicus.  Die moet verkocht worden.  Die moet aan de man gebracht worden.  In dat proces van verkopen ondergaat de politicus.  Zelf heeft hij niks in de pap te brokken.  Hij ondergaat het spel.  Hij debiteert voorgekauwde teksten.  Teksten met daarin standpunten, die vooraf worden afgetoetst aan een testpubliek.  Teksten, met daarin grote maar nietszeggende woorden.  Veel marketingtermen, die enkel de leegheid moeten verpakken.  Verpakken en vermommen.  Wij zien hoe persconferenties worden voorbereid.  Hoe mogelijke antwoorden langs alle kanten worden belicht.  Want woorden moeten beroeren.  Niet om standpunten te doen aanslaan.  Wel om de verkondiger van die woorden te doen aanslaan.  De politicus moet verkocht worden.  De boodschap komst slechts in de grootste vaagheid en algemeenheid op een tweede plaats.
 
Toch zien wij niet enkel dat.  Wij zien veel meer dan dat.  Wij zien de honger.  De honger van een politicus naar macht.  In dat streven naar macht moet veel wijken.  Moet bijna alles wijken.  Hij gaat recht op zijn doel af.  In die race ontziet hij niemand.  Politieke medestanders worden plots politieke tegenstanders.  Omdat zij hetzelfde ambiëren.  Dan moet er één iemand wijken.  Dan wordt gevochten.  Dan wordt gestreden.  Harde woorden worden gesproken.  Vuile spelletjes worden gespeeld.  Alles mag.  Geen spelregels.
 
Wij zien een politicus vechten.  Strijden.  Twijfelen.  Aarzelen.  Uiteindelijk lijkt hij niets in de hand te hebben.  Alles lijkt hem te ontglippen.  Zijn carrière.  Zijn familie.  Zijn minnares.  Op het eind blijft geen politicus meer over.  Wel een mens.  Een mensje.  Pas in de finale lijkt hij te snappen waar het om draait.  Eerst marketing pas dan de macht.  Hij beseft in welk circus hij heeft meegespeeld.  Een mediacircus.  Een marketingcircus.  Telkens een circus waarin het nooit om de politiek draait.  Enkel de randfenomenen krijgen een podium in dat circus.  De politicus speelt noodgedwongen mee.  Op weg naar de macht.  Want dat is het einddoel.  Maar eerst het spelletje.
 
U bent alles verloren.  U hebt alles ingezet.  U hebt alles verloren.  Gedwongen neemt u afscheid van de politiek.  Om terug te keren naar de familie.  Maar heel misschien lukt zelfs dat niet.  Heel misschien is zelfs dat een leugen.  Een circus.  Heel misschien vallen ook binnen de familie de maskers.  Dan blijft u alleen achter.  Helemaal alleen.  Het leven van een politicus kan hard zijn.  Het leven van een gewezen politicus kan nog harder zijn.  Want hij heeft geproefd van de macht.  Hij weet wat het had kunnen zijn.
 
Ik wist niet wat te doen.  Moest ik lachen? Moest ik huilen? Ik wist niet waarnaar ik keek.  Was het een komedie? Was het tragedie? Was het een mengvorm? Ik hoop op een komedie om zo de hoop in stand te kunnen houden.  Toch weet ik beter.  Ik vrees evenwel dat het een mengvorm is.  Waardoor de hoop toch enigszins wordt aangetast.  Waardoor twijfel binnensluipt.
 
 
Beste Vincent,
Beste Valentijn,
 
Vorige week schitterden jullie op het podium.  Met de tekst.  Met het spel.  Ik kwam kijken naar een monoloog.  Toch kreeg ik meer.  Veel meer.  Het leek alsof Valentijn niet alleen op het podium stond.  Ik zag ‘den dikken’, uw politieke strijdmakker.  Ik hoorde hem.  Ik zag de persmensen.  Ik zag hoe zij u voor de microfoon duwden.  Ik hoorde de camera’s flitsen.  De camera’s zoemen.  Ik zag uw vrouw.  Ik zag uw minnares.  Ik zag hoe moeilijk u het had liefde te tonen.  Te uiten.  Ik zag hoe gemakkelijk u het had uw liefde te tonen.  Te uiten.  Afhankelijk van wie tegenover u stond.  Ik zag uw zoon.  Ik zag de ontgoocheling in uw ogen toen hij wou stoppen met Latijnse.  Een zoon van een politicus mocht niet voor minder gaan. 
 
Vorige weeg zag ik een politicus.  Vechten om te leven.  Vechten om te overleven.  Ik zag en hoorde wat politiek zou kunnen doen.  Wat politiek zou moeten doen.  Maar tegelijk zag en hoorde ik wat politiek maar doet.  Het vertelt geen grote verhalen.  Die worden gesmoord in de regiekamer.  Vermalen tot hapklare brokjes.  Voor een te mak kiezerspubliek.  Hapklare brokjes voor de korte termijn.  Een politicus moet een goede boekhouder zijn.  Zorgen dat de rekeningen kloppen.  Wat een politicus niet mag zijn, is een dromer.  Want dat verkoopt niet.
 
Jullie schonken mij een meer dan interessante avond.  Een avond, die nog enkele dagen heeft rondgetold in mijn hoofd.  Nog altijd weet ik niet hoe ik nu tegen een politicus moet aankijken.  Met respect? Met mededogen? Met medelijden? Met ontzag? Ik weet het niet.  Nog niet.  
 
Beste Vincent.  Beste Valentijn.  Ik wil jullie danken voor een boeiende avond.  Voor een fantastische voorstelling.  Voor een krachtige voorstelling.  Voor de juiste woorden.  Voor een perfecte vertolking.  Voor dat alles wil ik jullie danken.
 
Met vriendelijke groeten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten