Beste Leïla,
Laat mij maar meteen met de deur in huis vallen. U schreef een vreemd boek. Een raar boek. Net zoals het boek kunnen ook mijn eerste
woorden u vreemd in de oren klinken. Een
verklaring is daarom op zijn plaats. Het
boek leest vlotjes weg. Dat kan uw
verdienste zijn. Heel waarschijnlijk is
dit het resultaat van uw zwoegen en zweten.
Van uw schaven en herwerken. Dat
zal inderdaad zo zijn. Maar net die
vlotheid maakt dat alles wat te gemakkelijk lijkt. Dat is een eerste element in het vreemde
karakter van uw boek. Een tweede element
is dat de lezer onmiddellijk leest wat er zal gebeuren. Diezelfde lezer kent onmiddellijk de kern van
het verhaal. De moord op twee
kinderen. Door de nanny. De lezer krijgt het onmiddellijk in het
aangezicht geworpen. Geen opbouw naar
die wrede daad. We starten met die daad
om dan terug te kijken. Vreemd? Raar? Een
derde element heeft geen uitstaans met uw boek.
Eerder houdt het verband met mijn persoonlijke situatie. Ik heb geen kinderen. Dat zou mij tot een buitenstaander kunnen
maken. Iemand die geen voeling heeft met
het eigenlijke verhaal. Maar dat is dan weer het leuke aan lezen. Boeken kunnen de lezer naar werelden brengen die de lezer voordien onbekend waren. Naar omstandigheden, waarvan de lezer hoopt die nooit te moeten ervaren.
Uit voorgaande zou u kunnen afleiden dat ik het boek aan de kant
gelegd heb. Dat ik het ongelezen
liet. Dat deed ik niet. Ik las het boek. Ik kan u zeggen, ik ben blij dat ik het
gedaan heb. Want u schreef een excellent
boek. Dat moet u geruststellen. Wat nu volgt is een lofzang op uw boek. Is een zoektocht naar redenen waarom anderen
uw boek zouden moeten lezen. Pas nu wordt
mijn brief interessant voor u. Pas nu
kan u zich ontspannen. De aanvankelijke
angst dat ik uw boek zou neersabelen, is ongegrond. Ik zal uw boek bejubelen. Omdat onder dat gemak van lezen vele
thematieken schuilen, die de nodige vragen opwerpen. Als wij voorbij het oppervlakkige kijken,
vinden wij in uw boek een rijkdom aan thema’s.
Die rijkdom maakt uw boek bijzonder interessant.
U schrijft over gescheiden werelden.
Een bourgeoisie gezin tegenover een vrouw uit een achtergestelde
buurt. Een wereld van
succesverhalen. Een wereld van
teleurstellingen. Een wereld van niet in
te tomen ambitie. Een wereld van
mislukkingen. Twee werelden die door
twee kinderen worden samengebracht.
Beroepsmatig worden samengebracht.
De vrouw wordt kinderoppas voor de kinderen. Nanny.
Zodat de man en de vrouw uit het gezin hun ambities kunnen
realiseren. Zodat zij zich ten volle
kunnen uitleven in hun droomjob. Beiden
zijn succesvol in hun job. Hij is
muziekproducent. Zij is advocate.
Zij laten hun kinderen achter in handen van een betrouwbare
oppas. Zij kan alles. Zij doet alles. Niet enkel lijkt zij op een voortreffelijke
manier te kunnen omgaan met de kinderen.
Zij wast. Zij kuist. Zij kookt.
Zij heeft het huishouden volledig in handen genomen. Zij heeft zichzelf onmisbaar gemaakt. Bij het lezen van uw boek denk ik soms aan
die ene film. Maar dan zonder de
amoureuze ontwikkelingen. The hand that
rocks the cradle. In de relatie werknemer-werkgever
sluipt iets dreigends. Iets
onheilspellends. Vooral als de nanny
gaat vrezen dat aan die onmisbaarheid ooit een einde zal komen. Dat zij ooit zal bedankt worden voor bewezen
diensten. Als de kinderen groot
zijn. Ergens verwacht de lezer dat het
ooit fout zal lopen. Ergens moet het
ontploffen.
Er zijn niet enkel de twee gezichten van een stad. De bovenlaag.
De onderlaag. U belicht ook de
communicatie. Of het gebrek aan
communicatie. In huis blijven de
werelden gescheiden. Geen enkele
toenaderingspoging. Desinteresse? Gemakzucht?
Ondanks de onmisbaarheid van de nanny blijft zij een vreemde in huis. Er worden geen vragen gesteld. Vragen, die de ander minder vreemd zouden
kunnen maken. Is zij getrouwd? Heeft zij
kinderen? Waar woont zij? Is zij gelukkig? Het blijft stil. De nanny maakt het leven gemakkelijker. Dat lijkt het enige wat telt. De nanny vergroot de bewegingsvrijheid. Dat lijkt het enige wat ervaren wordt. Dat grote gemak, gekoppeld aan een
bewegingsvrijheid, doet verstillen. Doet
zwijgen. Social talk lijkt hierbij niet
nodig te zijn. De ouders lijken opnieuw
te leven. Hebben hun kinderen als het
ware uitbesteed. De ouders lijken het
juiste pad gevonden te hebben. Meer
hoeft niet. Enkel dat lijkt te volstaan.
Dan gebeurt dat ene. De nanny
draait door. Flipt. Dan is er die wanhoopsdaad. Op dat moment wordt achterom gekeken. Op dat moment wordt naar antwoorden gezocht. Pas op dat moment worden de nodige vragen
gesteld. Het is te laat. Antwoorden worden niet gevonden. Het rouwproces kan niet afgesloten
worden. De zoektocht naar een verklaring
om alles juist te kunnen plaatsen kan niet begonnen worden. De vreemde blijft een vreemde. Nooit kreeg de nanny een gezicht. Zij kwam.
Zij ging. Als een schaduw. Nu heeft die schaduw een misdaad begaan. De schaduw verglijdt. Ontglipt.
Zonder dat de juiste vragen ooit nog gesteld kunnen worden.
Net als de ouders hebben ook de omstaanders nood aan een
verklaring. Een misdaad moet kunnen
verklaard worden. Om zo de mogelijke
angst te temperen. De mogelijke angst op
herhaling. Omdat die verklaring
uitblijft, worden zelf scenario’s uitgedacht.
De daderes wordt veroordeeld. Een
monster, dat is zij. Gevoelloos, dat is
zij. Alweer worden geen vragen
gesteld. Antwoorden worden niet
afgewacht. Kennis van zaken is geen
tel. De ouders blijven verweesd achter. De buurt blijft verweesd achter. Enkel de nanny zou een verklaring kunnen
geven. Maar begrijpt zij het zelf wel? Kortsluiting,
dat zou het kunnen zijn.
U schreef een gemakkelijk boek.
Maar net in dat gemak schuilt de moeilijkheid. Er moet tussen de regels gelezen worden. Er moet gegraven worden. Diep onder de oppervlakte. Want net daar kunnen de antwoorden gevonden
worden. Antwoorden, die de ouders niet
vonden. Maar de lezer wel. Die lezer treedt u tegemoet. Door een blik achter de schermen te
gunnen. De schermen, die de nanny
angstvallig gesloten wenst te houden.
Beste Leïla. U schreef een boek
over ambitie. Over de rat race. Over opvoeden. Over kinderen. Over de onmogelijkheid om al die dingen op
een bijna perfecte wijze te combineren.
U vertelt over het proces van trial and error. Van vallen en opstaan. Voor zoeken en menen gevonden te hebben. Voor dat boek wil ik u danken.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten