Beste Ludo,
Ik ben een zachtaardig persoon.
Ik sta afkerig tegenover geweld.
En toch. Toch gebeurt het soms
dat een woede in mij opborrelt. Een
woede, die slechts heel geleidelijk wegdeemstert. Ik kan in woede ontsteken als ik om mij heen
kijk. Als ik kijk hoe tegen de
klimaatverandering wordt aangekeken. Hoe
men de boodschap de wereld instuurt dat alles wel goed komt. Zonder daadkrachtig te ageren, menen de
meesten dat een oplossing zal gevonden worden.
Vanuit die overtuiging leunt men voldaan achterover en laat men verder
begaan. Als ik dat besef word ik
boos. Word ik woedend. Als ik dat besef, klop ik hard met mijn hand
op tafel.
Die woede delen wij. Dat hebben
wij gemeenschappelijk. Terwijl ik enkel
gefrustreerd op tafel bonk, gaat u een stap verder. U maakt een analyse. Die analyse is helder en duidelijk. U plaatst het kapitalisme in de
beklaagdenbank. Niet het
neoliberalisme. Niet de
globalisering. Wel het kapitalisme. Dat doet u bewust. U wenst geen schijngevecht.
U beseft dat de gedane voorstellen en de uitgewerkte maatregelen
slechts een druppel op een hete plaat zijn.
Zij zullen het verschil niet maken.
De klimaatconferenties zijn een maat voor niets. Er worden beloftes gemaakt. Geen enkel daadwerkelijk engagement wordt
aangegaan. In de klimaatakkoorden is
nooit sprake van enig sanctioneringsmechanisme als de beloftes niet worden
nagekomen. Harde, dwingende maatregelen
worden niet afgedwongen. Praat voor de
vaak, dat is het.
U toont aan hoe met getallen gegoocheld wordt. In een poging om het succes van reeds genomen
milieumaatregelen te bewijzen. U
ontmaskert deze climate cheating. Zo
wordt gezegd dat de economische groei in Europa samengaat met een afname van de
broeikasgasuitstoot. U toont aan dat men
bewust vergeet het outsourcen van de industriële productie naar Zuidoost-Azië
in rekening te brengen.
Hetzelfde gebeurt met de koolstofemissiehandel. U toont dat deze handel een lege doos
is. Dat deze handel zijn doel
voorbijschiet. U neemt het woord
gesjoemel in de mond. Daarom moet deze
afgebouwd worden. Omdat in deze handel
slechts een schijnoplossing schuilt.
U deelt het optimisme niet over de mogelijkheden van de hernieuwbare
energie. Tegen 2040 zal deze energie
slechts 17 tot 31 procent leveren van de mondiale elektriciteitsproductie
terwijl het energieverbruik zal toenemen met 48 procent. Die cijfers zijn ontnuchterend. In dat rijtje van vals optimisme plaatst u de
groene labels, cleantech, repaircafés, bioboerderijen, carpoolen, voedselteams,
… U staat sympathiek tegenover deze initiatieven maar tegelijk beseft u dat
deze het verschil niet zullen maken.
Terecht stelt u dat de positieve impact van ‘groene’ bedrijfjes te
beperkt is en dat zij niet kunnen opboksen tegen de grondstoffenverslindende
multinationals.
U toont in uw uitgebreide analyse uitvoerig aan hoe multinationals het
klimaatdebat gijzelen. Niet enkel zaaien
zij twijfel over de klimaatverandering en de kwalijke gevolgen. Via lobbywerk hebben zij grote invloed op het
wetgevend werk. U geeft het voorbeeld
aan van de olie-industrie. U toont hoe
die industrie zich in het centrum van de politieke macht nestelt. In de Verenigde Staten verwijst u naar Rex
Tillerson. In Europa geeft u de naam van
Miguel Arias Cañete. Enkel die industrie
met de vinger wijzen zou niet eerlijk zijn.
Hetzelfde geldt voor de vleesindustrie, de farmaceutische industrie, de
wapenindustrie, … Ook daar zijn de scheidingswanden tussen politiek en
industrie te dun of onbestaande.
In het streven naar economische groei zijn de multinationals
nietsontziend. U geeft hier tal van
voorbeelden. U laat het niet bij die
vage, loze beschuldiging. U
illustreert. U toont duidelijk aan hoe
de winsten worden geprivatiseerd en de kosten worden gesocialiseerd. Het komt er gewoon op neer dat het
kapitalisme produceert en handel drijft om winst te maken. Enkel de onmiddellijke resultaten worden in
rekening gebracht. Het is duidelijk dat
de marktmechanismen geen rekening houden met de ware ecologische en sociale
kosten van onze consumptie.
Bovenstaand punt zou kunnen geïntegreerd worden in
handelsverdragen. In die verdragen zou
kunnen gezocht worden om ook die kosten in rekening te brengen. Dat gebeurt niet. Integendeel.
Deze handelsverdragen zijn een inperking van de soevereiniteit van
regeringen, die milieu, natuur en mens willen beschermen.
Schijnoplossingen wijst u van de hand.
U verwacht enkel heil van echte, ingrijpende hervormingen. Sloganesk bundelt u dit in die ene uitspraak:
system change, not climate change. We
moeten naar een economie waarin de behoeften van de mensen en niet de winsten
van de aandeelhouders het richtsnoer zijn.
Dit betekent dat wij de fossiele energie in de grond moeten houden en
dat er een moratorium moet komen op economische groei, gekoppeld aan een
inperking van de consumptie in de rijkste landen. Om dit beleid te realiseren hebben we nood
aan een versterkte overheid, die aangestuurd wordt door een
volksvertegenwoordiging die de voogdij van de geldmachten heeft
afgeworpen. Een overdreven stelling? Ik
denk het niet. Ik hoef hiervoor maar te
verwijzen naar het jaarlijkse World Economic Forum, waarbij regeringsleiders al
te welwillend op schoot gaan bij CEO’s van de grootste bedrijven ter
wereld. Als er één ding duidelijk is, is
het wel dat wij een stringent klimaatbeleid niet mogen overlaten aan de
dominante economische actoren. Een
stringent klimaatbeleid zou een economische rationele keuze kunnen zijn gezien
de voordelen op het vlak van gezondheid, tewerkstelling of
energieautonomie. Dat hebt u duidelijk
aangetoond in uw boek.
De lezer zou kunnen denken dat uw pleidooi voor een ‘system change’
nogal vaag blijft. Dat alles te
sloganesk is. U countert deze mogelijke
kritiek. In uw boek eindigt u met het Leap Manifesto, uitgeschreven door Naomi Klein en haar medestanders. Daarin doen zij een aantal voorstellen, die
de transitie naar een ecosociale samenleving moeten ondersteunen. U vat de voorstellen samen. Sommige zijn evident. Sommige zijn dat minder. Los van uw boek las ik deze week de nieuwsbrief van Klimaatcoalitie. Ik las de eisen van de Klimaatcoalitie voor een ambitieus, rechtvaardig en geïntegreerd energie- en klimaatplan 2030. Ik hoorde echo's van het Manifest. Ik hoorde echo's van uw boek.
Reeds lange tijd plaatste ik de nodige vraagtekens bij het huidige
economische handelen. Ik besefte dat het
anders moest. Nooit vond ik een
alternatief. Tot nu. U schreef een alternatief uit. Het lijkt niet evident ons economisch systeem
drastisch te wijzigen. U toont evenwel duidelijk
aan dat de strijd tegen de klimaatverandering een hefboom kan zijn in deze
pogingen. De klimaatverandering kan wel
degelijk een uitdaging zijn voor de politieke partijen. Het kan een mogelijkheid zijn hun programma
te updaten.
U schreef een verhelderend boek.
In uw analyse van de huidige politiek klinkt u negatief. Het is pas in uw blik naar de toekomst dat u
hoopvol bent. In die vooruitblik lees ik
optimisme. In dat optimisme kan en wil
ik u volgen. Omdat ik besef dat het de
enige uitweg is. Andere mogelijkheden
zijn er niet.
Beste Ludo, ik wil u danken.
Voor het boek. Maar meer nog wil
ik u danken voor de hoop. Want die hoop
put ik overvloedig uit uw boek.
Met vriendelijke groeten.
Ik sluit me aan bij je boodschap.
BeantwoordenVerwijderenBlij dat er nog mensen zijn dje het inzien dat er iets moet gebeuren .
BeantwoordenVerwijderen