Beste Ish,
Ik sloeg het boek dicht. Ik
sloeg het boek definitief dicht. Ik had
de laatste bladzijde van Hard hart gelezen.
Ik legde het boek voor mij. Op
tafel. Ik leunde achterover. Een beetje verdwaasd. U had mij zonet knock-out geslagen. Een ferme uppercut, dat ik niet verwachtte. Gedurende al die voorgaande bladzijden had u
mij in slaap gesust. U had mijn
verdediging gesloopt. U had mijn
voelsprieten, die mij bij dreigend gevaar verwittigen, lamgelegd. Ik had het niet zien aankomen. U had mij op het verkeerde been gezet.
Het boek lag voor mij.
Dichtgeslagen. Ik wou het opnieuw
ter hand nemen. Ik wou het boek
herlezen. Want nu was alles
duidelijk. Nu wist ik het waarom. Nu begreep ik het waarom. Ik wou het opnieuw lezen. Om die knipperlichten te zien, die ik bij de
eerste lezing gemist had. Om de
alarmsignalen te lezen. Om de noodkreten
te horen. Want die waren heel
waarschijnlijk geopperd. Deze waren heel
waarschijnlijk doorheen het boek verborgen.
Alleen, ik had ze niet gezien. Ik
was doorheen het boek geraasd. In een
sneltreinvaart had ik het boek gelezen.
Al te zeer in de ban van het verlangen naar de perfecte liefde. Al te zeer in de ban van het consumeren van
die perfecte liefde. Ik haastte mij naar
het perfecte einde. Dat dacht ik. Dat vermoedde ik. Dat verwachte einde kwam er niet. U liet mij hard uit de bocht gaan. U liet mij frontaal tegen een muur aan knallen. Met die plotse wending in het verhaal. Een tweede lezing zou die harde botsing
milderen. Zou vermijden dat ik hard met
mijn hoofd tegen de muur aanbots. Ik zou
trager lezen. Alerter. Ik zou de juiste signalen oppikken. Ik zou de afslag, die ik eerder gemist had,
opmerken en veilig nemen. Ik zou bij het
einde aankomen zonder hard te schrikken.
Dat alles zou gebeuren bij een tweede lezing. Maar wie leest eenzelfde boek twee maal? Ik
niet. Te veel nieuwe boeken wachten op
mij. Nieuwe boeken, die gelezen moeten
worden. Als er leven zou zijn na de
dood, ik zou uw boek meenemen. Maar dat
weet ik niet. Ik kan het enkel hopen. Maar hoop is geen zekerheid. Een tweede lezing zal er dus heel
waarschijnlijk niet komen.
Pas nu begrijp ik alles. Als ik
het laatste woord gelezen heb, begrijp ik de door u gekozen taal. De door u gekozen stijl. U schrijft in korte zinnen. Eenvoudige zinnen. Weinig sier.
Weinig opschik. U leidt de lezer
niet af door al te lange uitweidingen.
Het moet vooruitgaan. Door die
gekozen stijl lijkt het wel alsof wij naast Tom, het hoofdpersonage uit uw
boek, lopen. Alsof wij bij hem op de
schoolbanken zitten. Alsof wij samen met
hem op bezoek gaan bij de buren, mijnheer Proctor en juffrouw Blake. Alsof wij samen met hem binnenspringen in de
platenzaak van zijn vriendin, Candice. Alsof
wij samen met hem pogingen ondernemen om toch maar dichter bij zijn grote
liefde, Rachella, te komen. Uw stijl doet
de lezer in het verhaal stappen. De
lezer wordt betrokken. Dat merkte
ik. Dat voelde ik. Ik leefde mee. Intens.
Ik wou troosten op momenten dat er moest getroost worden. Ik wou aanmoedigen als er moest aangemoedigd
worden. Ik wou juichen als er moest
gejuicht worden. Ik was de beste vriend
van Tom. Want hij leek mij alles te
vertellen. Niks te verzwijgen. Op dat ene ding na dan. Dat verklapte hij niet. Dat bewaarde hij tot aan het einde. Uw taal zat juist. Voor uw verhaal had u de juiste taal gekozen.
Pas nu begrijp ik de titel.
Hard hart. Voordat ik aan het
boek begon, vond ik het een moeilijke titel.
Een vreemde titel. Het bekte
moeilijk. Maar net als de door u gekozen
taal, is ook de titel de juiste. Omdat
het op een heel beknopte wijze de dualiteit weergeeft. Op een beknopte wijze belicht het de twee
uitersten van de liefde. Van helder,
verheffend licht naar destructief, verpletterend duister. Wij zien Tom tussen deze twee uitersten
zwalpen. Van het ene uiterste naar het
andere. Van het andere naar het
ene. Liefde kan rare dingen doen met een
mens. Soms veroorzaakt het kortsluiting
in het hoofd. Soms schakelt liefde het
vermogen tot helder denken uit. Schakelt
het de normale omgangsvormen uit. Dat
zijn de momenten waarop wij al te zeer naar de duistere kanten van de liefde
neigen. Dat zijn momenten dat het al te
gevaarlijk zou kunnen worden. Als wij
niet tijdig aan de noodrem hangen. Dan
zou het destructieve in de liefde kunnen zegevieren.
Hard hart. Het doet mij anders
aankijken tegen de perfecte liefde. Of
tegen de liefde, die ik als perfect ervaar.
Na het lezen van uw boek stel ik mij de vraag of perfecte liefde kan
bestaan. Of er onder elke liefde geen
schoonheidsfoutje sluimert. Een
constructiefoutje, dat niemand kan waarnemen maar dat er wel is. Elk huisje heeft zijn kruisje. Dat wordt gezegd. Heel misschien kan dat ook gezegd worden van
de liefde. Dat denk ik nu. U hebt mij wakker geschud. U hebt die twijfel in mij aangestoken. Ik kijk anders aan tegen de liefde. Nuchterder.
Realistischer. Ik ben een
realistische romanticus geworden. Geen
dromerige romanticus meer. Geen zweverige
romanticus meer. Uw boek was een realitycheck
voor mij.
Pas nu begrijp ik de opbouw van het boek. Alle hoofdstukken in uw boek hebben dezelfde
titel. Elke keer weer dezelfde dag. Elke keer weer hetzelfde uur. Ik dacht aan Ulysses van James Joyce. Ik dacht dat u ons zou meenemen doorheen één
bepaalde dag uit het leven van Tom. Maar
dan zou het uur uit de titel van de verschillende hoofdstukken telkens moeten
veranderen. Dat gebeurde niet. Dat uur bleef hetzelfde. Ik begreep die structuur niet. Tot ik het boek dichtsloeg. Dan werd alles glashelder. Dan wist ik waarom u steeds weer voor die
vaste titel koos.
Beste Ish, u hebt mij verward.
U hebt mij doen twijfelen. Bij
het lezen van de eerste bladzijden dacht ik aan een stationsromannetje. Eventjes heb ik geaarzeld of ik wel zou
doorlezen. Of ik het boek aan de kant
zou leggen. Toch heb ik doorgezet. Daarom ben ik blij. Want toen ik het boek dichtsloeg, besefte ik
dat ik zonet een pareltje had gelezen.
Toen ik het boek dichtsloeg, schaamde ik mij om mijn eerste
gedachten. Eenvoud kan verwarren. Een mens mag niet te snel oordelen, dat weet
ik nu. Een wijze levensles, die
blijkbaar ook geldt voor boeken. Dat heb
ik geleerd. Dat hebt u mij geleerd.
Beste Ish, u schonk mij een mooi boek.
Ik heb even moeten zoeken maar aan het eind kijk ik terug op een mooie
leeservaring. Daarvoor wil ik u danken.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten