Beste Laura,
Ik ben niet echt vertrouwd met schilderkunst. Nog maar net de brief begonnen en al meteen
een bekentenis. Het kan tellen als
opener. Maar eerlijkheid duurt het
langst. Nog steeds geloof ik in die
dooddoener. Simpele waarheden kunnen
soms een mooie leidraad zijn in het leven.
Nu zou u vanuit die bekentenis kunnen denken dat ik nog nooit had
gehoord van Velázquez. Dat zou van
uwentwege een verkeerde veronderstelling zijn.
Ik had de naam al gehoord. De
naam deed bij mij een belletje rinkelen.
Indien u mij evenwel zou vragen enige duiding te geven omtrent de man,
zou het oorverdovend stil zijn. Ik zou u
niks kunnen vertellen over het leven van de man. Net zoals ik u niks zou kunnen vertellen over
het levenswerk van de man. Zijn
schilderijen zijn mij onbekend.
Die onwetendheid zou mij ver weg kunnen houden van uw boek. Dat deed het niet. Integendeel, het dreef mij juist naar uw
boek. Omdat ik de neiging niet kan
onderdrukken die verfoeilijke gaten in mijn kennis te dichten. Ook hierin wil ik eerlijk zijn, die gaten
zijn talrijk. Maar ik werk er aan. Continu.
Ononderbroken. Uw boek is een
stap in dat proces.
Uw boek leest vlot. Ondanks de
inhoud. Want die is vaak zwaar. In de beschrijvingen van de vele schilderijen
moet ik heel regelmatig lossen. Ik kan
ze niet voor de geest halen. Die gaten,
u begrijpt het wel. In uw boek doet u
pogingen om die mogelijke onwetendheid bij de lezer weg te nemen door het
publiceren van foto’s. Dat helpt. Toch voor die werken, die ook fotomatig
worden belicht. Voor de andere tastte ik
in het donker. Tot ik die ene hulplijn
vond. Mijn broer. Hij kon mij helpen. Hij heeft een uitgebreide bibliotheek. Voornamelijk kunstboeken. Hem durf ik een kenner te noemen. Hij bezorgde mij een
overzichtscatalogus. In die catalogus
vond ik alle schilderijen. Rijkelijk geïllustreerd. Vanaf dat moment was ik beter bewapend.
Uw boek was een plezier. Een
mooi boek, gekoppeld aan dat heerlijke gevoel iets nieuws te ontdekken, is meer
dan enkel maar een verademing. Het is
meer. Veel meer. U bracht mij naar een tijd, dat ooit lang
geleden realiteit was. U liet mij in die
voorbije werkelijkheid wandelen. Samen
met u ging ik langs bij het Spaanse hof.
Te gast bij koning Filips IV. Met
u wandelde ik doorheen het Victoriaanse Engeland. U toonde mij een Engeland, waarin standen en
klassen het sociale leven strikt reguleerden.
Aan uw hand ging ik naar veilingen.
De voorlopers van de vele musea en kunstgalerijen. Op die kunstveilingen kreeg het geïnteresseerde
publiek vaak de enige mogelijkheid kunstwerken te aanschouwen. U nam mij mee naar het atelier van
Velázquez. Ik keek toe terwijl hij
schilderde. U fluisterde mij weetjes in
het oor. Weetjes over de schilder. Zodat ik hem beter zou begrijpen. Zodat ik met een juiste en/of betere kennis
naar zijn werken zou kijken.
U opende niet enkel de deuren naar een mij voorheen onbekende
wereld. U deed meer. U gaf mij uw visie over de hedendaagse en
toenmalige kunstkritiek. In die visie
klonk uw voorbehoud door. U liet twijfel
zien. U vertelde over het vele
giswerk. Toen en vandaag. U deed mij uw goesting voelen. Uw goesting, dat u naar musea drijft. Om daar in uitgesteld relais grootmeesters te
ontmoeten. U beschrijft uw verwondering
om dat meesterschap. Uw verbazing om wat
enkele penseelstreken kunnen losmaken aan emoties bij de toeschouwer. In die mate zelfs dat ik onmiddellijk wou
vertrekken. Naar Wenen. Naar Madrid.
Naar New York. Want daar zou ik
hem treffen. De meester. De grootste.
Ik wou het boek aan de kant schuiven.
Want in dat boek las ik een directe oproep.
Uw boek is om nog een andere reden een absolute aanrader. Doorheen uw boek verweeft u het verhaal van
jongeman en boekhandelaar Snare. Hij
koopt een schilderij, waarvan hij vermoedt dat het een verloren werk is van
Velázquez. Zijn vermoeden wordt een
zekerheid. Zijn zekerheid wordt een
obsessie. De boekhandelaar gaat ten
onder aan zijn obsessie. Dat is vaak zo
met obsessies. In zijn val neemt hij
zijn hele familie mee. Blind geworden
door zijn vermeende grote gelijk. U gaat
op onderzoek uit. U tracht de redenen
voor die vastberadenheid van een jongeman te begrijpen. Uw zoektocht leest als een
detectiveroman. Als een ware Hercule
Poirot tracht u de beweegredenen van de verschillende betrokkenen te
achterhalen. U reconstrueert het
verleden. Geeft ons inzicht. Om dan tot een eindconclusie te komen. Een conclusie, die ons het hele boek heeft
voortgedreven. Want ook wij willen
begrijpen. Ook wij willen weten.
Velázquez kende ik niet. Dat is
vandaag anders. In die mate zelfs dat ik
nu vlot de titel van uw boek zou kunnen verklaren. Want daarin schuilt het wezenskenmerk van
zijn werk. Het wezenskenmerk, dat mij zo
doet popelen om live één van zijn werken te zien. Om daar te kunnen verifiëren wat ik zonet
gelezen heb. Uw prachtige boek is dus
geen eindpunt. Het is slechts een
vertrekpunt. Een uitnodiging tot verdere
verdieping.
Voor die uitnodiging wil ik u van ganser harte danken. Voor die openbaring kan ik enkel maar blij
zijn.
Met vriendelijke groeten.
Dag Wim. Misschien lees ik het boek wel eens. Bij 'Orgelman' van Mark Schaevers wou ik ook meteen vertrekken naar het museum van Felix Nussbaum in Osnabrück. Helaas heb ik dit nog niet gedaan. Een schilderij 'verandert' in allerlei opzichten als je het leven van de schilder en de tijd waarin hij/zij leeft/leefde beter kent. Een schilderij heeft blijkbaar context nodig om zijn ware betekenis te onthullen of niet? Al was het maar om te ontdekken dat de schilder misschien geen betekenis of bedoeling voor ogen had.
BeantwoordenVerwijderen