Beste Theo,
Een humanitaire crisis, zo kunnen wij wel omschrijven wat er deze en
vorige week gebeurde op de Middellandse Zee.
Anders kan ik het niet omschrijven.
Anders wil ik het niet omschrijven.
Op net geen week tijd vonden net geen duizend vluchtelingen de dood in de
oversteek naar Italië. In te gammele
bootjes dagen zij het geluk uit, al te zeer gedreven door wanhoop. Over de omstandigheden, waarin zij die
oversteek maken, is niet echt veel gekend.
Getuigenissen bereiken ons weinig of niet. Eén ding weten wij, het moet verschrikkelijk
zijn. Een zeker empathisch vermogen
brengt ons tot dat besluit. Jawel, in
het begrijpen en aanvoelen van die miserie en pijn zijn wij bijzonder
meegaand. Minder meegaand zijn wij als
het aankomt op het nemen van de juiste beleidsmaatregelen.
Wij zouden van een politicus mogen verwachten dat hij of zij zou
zoeken naar redenen om een reddingsplan te rechtvaardigen. Een reddingsplan dat zou moeten vermijden dat
vluchtelingen de dood vinden op zee. U
doet dat niet. U zoekt naar redenen
waarom zou moeten afgezien worden van een dergelijk reddingsplan. U vreest een aanzuigeffect indien zou worden
besloten Mare Nostrum, het Italiaanse reddingsplan uit 2014, in ere te
herstellen. Dat klinkt bijna alsof u het
grote aantal slachtoffers als een best te overwegen ontradingseffect kan
huldigen. Dat zou al te cynisch
zijn. Van zoveel cynisme wil ik u niet
verdenken.
U beweert dat er een aanzuigeffect zou zijn. Toch bestaan hierover heel wat
meningsverschillen. Cijfers vertellen een
ander verhaal. Tijdens de eerste drie
maanden van 2014, ten tijde van Mare Nostrum, kwamen 25.800 bootvluchtelingen
naar Europa. Tijdens de eerste drie
maanden van 2015, na het stopzetten van Mare Nostrum, bereikten 25.000
vluchtelingen de Italiaanse kust. In het
aantal vluchtelingen bestaat er bijna geen verschil. Dat verschil bestaat wel als wij kijken naar
het aantal dodelijke slachtoffers in beide perioden: 60 in 2014, 1.500 in
2015. Uit deze cijfers kunnen wij enkel
concluderen dat juist de afwezigheid van een duidelijk reddingsplan resulteert
in een aanzuigeffect. Een aanzuigeffect
van doden.
U blijkt niet alleen te staan met uw standpunt. Deze week zaten de 28 Europese ministers van
Binnenlandse en Buitenlandse Zaken samen om zich te beraden over een
gemeenschappelijke Europese aanpak. Een
tienstappenplan was het resultaat. Het
verhogen van de muren aan de Europese buitengrenzen, daar leek het zowat op
neer te komen. Van vernieuwend beleid
was nauwelijks sprake. Nochtans bestaat er
een alternatief. Hervestiging,
gezinshereniging, werkprocedures: het zijn slechts enkele te overwegen
mogelijkheden. Het uitwerken van veilige
en legale routes om naar Europa te komen moet in een dergelijk alternatief
beleid ook zijn plaats vinden. Niet
enkel moet een alternatief beleid zijn blik richten op Europa. Het moet ook buiten Europa kijken. In de landen van herkomst moeten de Europese
landen zich engageren om de oorzaken weg te nemen. De oorzaken waarom ingezetenen van die landen
besluiten te vluchten. Dat moeten zij
doen op een blijvende en niet aflatende manier.
Een dergelijk alternatief vraagt durf en moed van de politieke
leiders. Die durf en moed
ontbreken. Al te zeer voelen zij de hete
adem in hun nek van politieke concurrenten, die van een streng migratiebeleid de
kern van hun programma hebben gemaakt.
Het Franse Front National, het Britse UKIP, de Nederlandse PVV, het
Duitse Alternative für Deutschland, het Griekse Gouden Dageraad, …: al die
partijen blokkeren een helder, duidelijk en menswaardig migratiebeleid.
Nergens in het tienpuntenprogramma vind ik een aanpassing van de
huidige Europese operatie Triton. Het
enige wat ik hierover kan terugvinden is een aanpassing van het budget. Het budget wordt aangepast van drie naar zes
miljoen euro per maand. Over een
mogelijke en noodzakelijke aanpassing van het mandaat lees ik niks. Triton wordt geen zoek- en reddingsoperatie. Het zal blijven doen wat het de voorbije
maanden deed: het bewaken van de Europese grenzen. Dat is te weinig. Veel te weinig. Dat bewijzen de lijkkisten van de voorbije
dagen.
Duizend dodelijke slachtoffers blijken onvoldoende om het Europese
beleid te hertekenen. Als een dergelijke
crisis onvoldoende blijkt om politici wakker te schudden, vrees ik voor het
ergste. Als een dergelijke crisis niet
volstaat om uit de politieke lethargie te ontwaken, vrees ik voor het
ergste. Van ministers en
staatssecretarissen mag verwacht worden dat zij beleid voeren. Dat zij voorop gaan. Jawel, van hen mag verwacht worden dat zij,
als dat nodig is, ingaan tegen een deel van de bevolking. Een deel van de bevolking, dat zich laat
terroriseren door angst. Die angst kan
nooit een goede raadgever zijn en moet dus geweerd worden uit het beleid. Angst mag niet binnensluipen in het
uitschrijven van te nemen maatregelen.
Kan het beter? Neen. Het moet
beter. Veel beter. Om zo te vermijden dat wij de komende dagen
opnieuw zullen geconfronteerd worden met onze politieke lafheid.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten