Terwijl de Kamercommissie Defensie en Buitenlandse Zaken woensdag het
licht op groen zette om F-16’s in te zetten tegen het IS in Irak, ging ik
diezelfde avond naar de theatervoorstelling Front in het Gentse NTG. Terwijl ministers en politici zichzelf op de
borst klopten dat dit de enige en juiste beslissing was, keek ik vanuit mijn
comfortabele zitje terug naar de Eerste Wereldoorlog. Naar die Groote Oorlog.
Woensdagavond stond ik in de IJzervlakte. In die vlakte waar de loopgraven van de
strijdende partijen elkaar passeerden op soms slechts enkele meters. Ik vatte post in de loopgraven. Ik schuilde in de bunkers. Ik dwaalde doorheen het Niemandsland. Ik ging langs bij de achterblijvers. Als een geest stond ik bij en naast die vele
personages. Onmachtig om in te
grijpen. Onmachtig om ook maar enigszins
te helpen.
Wat ik zag was waanzin. Want
dat is wat oorlog is. Oorlog is
volstrekte waanzin. Dat zag ik woensdagavond. Ik zag bange jongens. Zowel aan de zijde van de geallieerden als
aan de zijde van de Duitsers. Helden
bestaan niet. Heldenverhalen worden ons
aangepraat. In werkelijkheid sidderen en
beven die soldaten. Zij strijden. Niet met de overtuiging de vijand te doden. Wel met de vaste wil zichzelf te
verdedigen. Zij schieten om zichzelf in
leven te houden. Puur lijfsbehoud is wat
hen drijft. Zij denken niet aan
winnen. Zij denken niet aan
verliezen. Terwijl zij ineen duiken bij
de opeenvolgende granaatinslagen, denken zij niet aan trouw aan het
Vaderland. Terwijl zij vooruit stormen
en vastlopen op dodelijk mitrailleurvuur, denken zij niet aan de eer van het
Vaderland. Zij denken enkel aan
overleven. Zij hopen niet meer. Zij geloven niet meer. Dat hebben zij opgegeven. De volgende dag bestaat niet. Enkel het moment, waarin zij staan,
bestaat. Toeval, dat is het enige waarin
zij geloven. Want toeval bepaalt welke
richting de kogel uitgaat. Toeval
bepaalt wie wordt neergemaaid. Wie wordt
geslachtofferd. Toeval wikt en
beschikt. Geen enkel verweer is
mogelijk.
Troost? Nauwelijks of niet. Troost
zoeken zij bij strijdmakkers. Want zij
zijn tot elkaar veroordeeld. Veroordeeld
tot hetzelfde lot. Troost zoeken zij in
brieven. In dromen. Goed wetende dat die dromen gevaarlijk zijn
want bij het realiseren van die dromen kunnen zware vraagtekens geplaatst
worden ten gevolge van de omstandigheden.
Troost zoeken zij bij hoertjes.
Achter het front vallen zij in betaalde armen van begrip. De wereld aan het front, een hel. Zo kan en wil ik het heel kort samenvatten.
De toonzetting is sober. De
acteurs getuigen. Zij spelen niet. Of nauwelijks. De acteurs citeren. Uit de romans Im Westen nichts Neues en Le
Feu. Voor hun woorden graven zij in
correspondentie. Van en met het
thuisfront. Zij vallen terug op
krantenknipsels. Uit al die bronnen
halen zij hun woorden. Simpele woorden. Niks verhullende woorden. Om zo het contrast met de rauwe werkelijkheid
nog extra te benadrukken. Die woorden
gooien u de werkelijkheid koud in het gezicht.
Als harde vuistslagen komen zij aan.
Maar het zijn niet enkel de woorden, die de vervreemding in de hand
werken. Er is ook de muziek. Als een soundtrack bij het frontgeweld. Niet melodieus. Wel chaotisch neurotisch. Geen vrolijke deuntjes. Wel harde donderslagen. Als begeleiding bij het geweervuur. Bij het kanongebulder. Er zijn die vreemde danspasjes. Er zijn die foto’s. Er zijn die bewegende beelden. Er is die constante mist op de achtergrond. Als dreiging drijft die nevel over het
slagveld. Stilte kan benauwend
werken. Want vaak is het de aanloop naar
de volgende stormloop. De volgende
aanval. Die stille nevel is
bedreigend. Geen uitnodiging om even
achterover te leunen. Constante
alertheid, dat wordt gevraagd. Geëist.
Front vertelt het verhaal van de soldaat aan het front. Als uitgangspunt wordt de Eerste Wereldoorlog
genomen. Maar het gaat ruimer. Het doet ons stilstaan bij oorlog. Bij alle oorlogen. Gevochten en nog te vechten oorlogen. Op die manier wordt het een pamflet. Een pacifistisch pamflet. Een oproep tegen oorlog.
Woensdag keurde de Kamercommissie het zenden van F-16’s naar Irak
goed. Heel even weet ik het niet meer. Na Front twijfel ik. Is oorlog de oplossing? Tijdelijk misschien
wel. Maar op de lange termijn. Ik weet het niet. Regeringen winnen. Regeringen verliezen. Maar het is altijd de soldaat, die
verliest. Bij beide partijen.
Front schudt u wakker. Schudt
mij wakker. Dit is een voorstelling, die
moet gezien worden. Ga dat zien, dat is
mijn besluit.
Link:
Trailer Front – NTG.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten