Ik durf al eens in discussie te gaan.
Over van alles en nog wat. Meestal lukt het mij rustig te blijven. Op een kalme manier kan ik mijn argumentatie
opbouwen. Ik luister naar de tegenpartij
en bied weerwerk. Ik wil niet
noodzakelijk het debat winnen. Ik
probeer slechts de andere kant van het verhaal te tonen. Want dat heeft een verhaal altijs weer, twee
zijden. Ik hou van dat gevecht. Omdat het mij alert houdt. Omdat ook ik vaak andere invalshoeken van één
verhaal ontdek. Dat is boeiend.
Op één domein lukt het mij niet die kalmte te bewaren. Als het debat de richting uitgaat van de
bankencrisis begin ik te steigeren. In
mijn argumentatie wordt al eens een stevige vloek ingelast. Mijn stemvolume schakelt enkele tandjes
hoger. Het rustig laten uitspreken van
de tegenpartij is dan niet langer meer van tel.
Ik weet het, dit is niet echt hoffelijk.
Maar toch doe ik het. Waarom?
Verontwaardiging. Oprechte
verontwaardiging. Om hetgeen gebeurd is. Om hetgeen niet gebeurd is. De overheid moet de falende bankensector
bijspringen. Moet die sector
redden. Met bijna niet te vatten kapitaalinjecties. Omdat het nodig is. Omdat het noodzakelijk is. Dat vertellen zij het domme
klootjesvolk. Die banken zijn ‘too big
to fail’. Als de banken instorten, stort
het hele systeem in. Aan de kant blijven
staan is dan helemaal geen optie. Dat
verhaal wordt ons verteld. Wij moeten braafjes
slikken. En bovenal zwijgen.
Maar hoe is het zover kunnen komen? Dat verhaal kreeg ik te horen en
te zien in Hebzucht, een toneelvoorstelling van Braakland/Zhebilding. Klaar en duidelijk wordt de op- en neergang
geschetst van een financiële instelling.
Fortis flitst door mijn hoofd. ABN-Amro
echoot door mijn hoofd.
In het gebrachte verhaal zien wij de redenen waarom het misgelopen
is. Ongebreideld winstbejag. Zonder enig besef van en/of totaal negeren
van mogelijke risico’s. Risico’s worden ingedekt
door nog grotere risico’s. Alles moet
groter. Alles moet sneller. Eten of gegeten worden, dat is de lijfspreuk
van de CEO van de bankinstelling. Een al
te sterke focus op de zeer korte termijn en het onmiddellijke incasseren leidt
uiteindelijk tot de val.
Met de val begint de jacht op de verantwoordelijken. Het spelletje vingerwijzen kan beginnen. Iedereen wijst naar iedereen waardoor
uiteindelijk niemand verantwoordelijk wordt gesteld. De aanstokers, ooit binnengehaald als
financiële genieën, verdwijnen langs de achterpoort. Geruisloos.
Om dan weer binnen te treden langs de grote poort. Even verdwijnen zij in de schaduw om dan te
zetelen als raadgevers van presidenten of regeringen. Om plaats te nemen in adviesraden, bevoegd
voor het hertekenen van het bankenlandschap.
Ik kijk. Ik luister. Ik begin te wriemelen in mijn comfortabel
zeteltje. Verontwaardiging begint op te
borrelen. Ergernis ook. Ergernis omwille van mijn buurvrouw in de
zaal. Terwijl aan het publiek alles
haarfijn wordt uitgelegd, zucht mijn buurvrouw diep. Meerdere malen. Ongegeneerd en duidelijk hoorbaar. Zuchten uit verveling. Zij is niet geboeid. Zij wordt niet geraakt. De aanklacht, geformuleerd doorheen de
voorstelling, gaat langs haar heen.
Herhaaldelijk kijkt zij op haar uurwerk.
Voor haar heeft het lang genoeg geduurd.
Het mag stoppen. Zij geeuwt. Zij zucht.
Bijna dommelt zij in. De
voorstelling is bedoeld als wake-up call.
Voor velen is het echter een wiegeliedje.
Inslapen. Dat is ook wat wij
doen. Niet in de voorstelling. Wel in het echte leven. Wij laten alles op zijn beloop. Gewillig gaan wij aan de kant staan. Om het spel opnieuw te laten spelen door dezelfde
spelers. De spelers, die ons al in de
stront hebben geduwd. Meer nog dan de
arrogantie van de banken stoor ik mij aan die gelatenheid. Aan dat gebrek aan protest. Aan het totaal gebrek aan noodzakelijke
veranderingen. Slechts enkelen staan
op. Weinige proteststemmen klinken. Al te zeer is het gerommel in de marge. Het systeem wordt niet gereset.
Wij verlaten de zaal. De
Bastille wordt niet bestormd. Geen mars
op Brussel. Wij gaan slapen. Het klootjesvolk moet de volgende dag vroeg
op. Werken voor de centjes. Godverdomme, miljaarde. Sorry, het moest mij even van het hart.
Oh, ja. Bijna vergeten voor het
afsluiten. Wat met het toneelstuk?
Verhelderend, prachtig vertolkt.
Heerlijke tekst. Oef, toch nog
net op de valreep meegegeven.
Speellijst:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten