Beste Hein,
Een fan? Zo durf ik mij niet te noemen. Ondanks de voetbalgekte, die door onze stad
raast, moet ik toch een zekere eerlijkheid betrachten. Dus, neen, ik ben geen fan. Nooit geweest. In vroegere dagen was ik wel een
voetbalfan. Van RSC Anderlecht. Dat was geen bewuste keuze. Het ging bijna als vanzelf. Mijn vader was fan. Ik volgde mijn vader. Zo eenvoudig was het. Na verloop van tijd kwam er sleet op mijn
trouw aan die Brusselse ploeg. Het
verwaterde. Tot op het moment dat er van
dat fanschap helemaal niks meer overbleef.
Op dat moment verloor ik bijna alle interesse in het voetbal. Voetbal bleek niet langer een feest voor
mij. De wekelijkse voetbaluitslagen, dat
volgde ik nog. Dat was het enige. Verder ging het niet.
Ik leek verloren voor het voetbal.
Immuun voor de voetbalmicrobe.
Tot dat ene ding gebeurde. KAA
Gent kwam naar de Groothandelsmarkt.
Daar verrees de Ghelamco Arena.
KAA Gent werd een buur van mij.
Dat veranderde alles. Een
Belgische topploeg in mijn achtertuin.
Hiervoor kon ik niet ongevoelig blijven.
Mijn aversie tegenover voetbal brokkelde af. Ik voelde mij meer en meer betrokken bij de
ploeg. Goed nabuurschap vraagt
engagement. Vraagt betrokkenheid. Dus, jawel, KAA Gent kroop onder mijn
vel. Nestelde zich in mijn hart.
Toch ben ik nog steeds geen fan.
Nog altijd durf ik mij zo niet te noemen. Op mijn schouder prijkt geen getatoeëerd indianenhoofd.
Geen buffalo op mijn schouder. Geen enkele speler van de eerste ploeg ken ik
bij naam. De ploegopstelling is mij
volledig vreemd. De Ghelamco Arena durf
ik wel eens te omschrijven als een pareltje maar nog nooit zette ik een voet in
die Arena. Of toch wel, één keer. Toen de Rode Duivels op het voorbije WK tegen
Zuid-Korea speelden. Dan ging ik naar de
Arena. Maar KAA Gent zag ik nog nooit
spelen in die fraaie voetbaltempel.
Dit voetbalseizoen voelde ik een lichte verandering in mijn houding
tegenover voetbal. Mijn betrokkenheid
groeide. Van vrijblijvendheid was geen
sprake meer. Ik koos partij. Voor de ploeg van mijn stad. Net zoals ik in die vroegere dagen, toen ik
nog een korte broek droeg, mijn vader volgde, volgde ik nu anderen. Vrienden.
Vrienden brachten mij tot KAA Gent.
Nog steeds geen fan. Enthousiaste
volger, dat was het statuut, waaronder ik viel.
Dat was een juiste omschrijving voor mijn toestand.
Met de play-offs ging ik nog een stapje verder. Een monster in mij werd wakker geschud. Een voetbalmonster. Plots ging ik vloeken bij verlies. Heftig gesticulerend voerde ik uit. In verlies ontwaarde ik een
samenzwering. Een samenzwering tegen ‘mijn’
ploeg. Bij gelijkspel trok ik mijn haren
uit. Wild bonkte ik op tafel. Als er een tafel in mijn buurt aanwezig
was. Jawel, een mogelijke kampioenstitel
had mij in zijn greep.
Vandaag moet het gebeuren. Niet
alleen ik denk dat. Dat denken alle
bewoners van Gent. Vandaag willen de
Gentenaars die kampioenstitel in eigen stad houden. Maar daarvoor moeten wij eerst Standard opzij
zetten. Dat wordt geen walk in the park. Dat wordt een heikele klus. Het wordt een moeilijke avond. Niet enkel voor uw voetballers. Ook voor mij zal het een moeilijke avond
worden. Nagelbijtend zal ik de avond
doorbrengen. Vastgekluisterd aan de
radio. Ik zal uw ploeg vooruit roepen. Vooruit schreeuwen. U zal het niet horen. Dat weet ik.
Ik ben een nuchtere jongen. In telepathisch
gedoe geloof ik niet. Ondanks dat besef
zal ik roepen, springen, schreeuwen, lachen, huilen, … Negentig minuten
lang. Die negentig minuten zal ik
doldwaas intens meebeleven. Om dan aan
het einde op mijn knieën te vallen en de voetbalgoden te danken. Hen te danken voor die eerste kampioenstitel.
Beste Hein, ik wens u het allerbeste.
Beste Hein, bezorg ons die titel.
Het zou mooi zijn. Voor het voetbal. Voor Gent.
Voor mij.
Een indianenhoofd op mijn schouder, dat zal niet onmiddellijk
gebeuren. Dat zal u niet kunnen
bewerkstelligen bij mij. Wat u wel hebt
gedaan, is het slopen van die schroom.
Die schroom mij fan te noemen.
Want dat weet ik nu. Dat besef ik
nu. Ik ben fan. Van KAA Gent.
Met vriendelijke groeten.
Website:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten