Ik zit met mijn handen in het haar.
Ik staar naar een leeg blad.
Woorden lijken niet te komen. Een
besluit dreigt daardoor uit te blijven.
Reizen zonder het nemen van besluiten kan niet. Een reis moet afgesloten worden. Er moet teruggeblikt worden. Indrukken moeten herkauwd worden. Dat alles moet mij tot een besluit
brengen. Het lukt mij moeilijk. Het draait niet vlotjes.
Hoe dat komt? Ik weet het niet.
Bij vorige reizen verging het mij anders. Bij vorige reizen was ik nog maar pas thuis
of ik kon de reis al positief afsluiten.
Alle opgedane indrukken en ervaringen brachten mij in een positieve
sfeer. Een sfeer die mijn visie op het bereisde
land kleurde. Bij sommige reizen was het
zelfs zo dat ik meteen weer het vliegtuig wou opstappen om terug te keren. Nu ben ik al een tijdje terug uit
Rusland. Nog steeds heb ik de reis niet
kunnen afsluiten. Omdat ik twijfel. Ik balanceer.
Tussen gematigd positief en gematigd negatief. Ik weet niet naar welke kant ik moet
overhellen. Misschien moet ik gewoon in
het midden gaan staan. In het midden
tussen de twee uitersten.
Wij wilden naar Moskou reizen.
Naar Sint-Petersburg. Dat hebben
wij nu gedaan. Wij hebben zelfs veel
meer gedaan. Wij reisden doorheen de
Gouden Ring. Over Moskou was ik
enthousiast. Over Sint-Petersburg was ik
enthousiast. Deze wereldsteden konden
mijn verwachtingen inlossen. In deze
steden verdwaalde ik graag. Maar wat met
de rest? Novgorod? Kostroma? Rostov? Vladimir? Blij er geweest te zijn. Dat wil ik niet ontkennen. Maar ik voel bij mijzelf geen aanzet tot enthousiasme. Dat ontbreekt. Enkel Soezdal maakt hierop een
uitzondering. De herinnering aan dit
gezellig stadje kan mij warm maken. Kan
mij begeesteren.
Vanwaar toch dat vreemde gevoel? Dat vreemde gevoel, dat mij tot twijfel brengt? Zou het de eentonigheid zijn? Zou het
de te lange aaneenschakeling van kloosters, kerken en kremlins zijn? Het zou
kunnen. Misschien moet ik wel besluiten
dat ik gedurende mijn hele reis nergens een vonkje vond, dat de geestdrift in
mij kan doen ontbranden. De gedrevenheid
in mij. De uitbundigheid in mij. Dat noodzakelijk vonkje ontbrak. Ik heb nochtans mijn best gedaan. Ik keek rond mij heen. Ik heb gezocht. Helaas heb ik niet gevonden. Ik bleef blind. Ik bleef doof.
Nu zou u kunnen denken dat ik niks moois zag. Uiteraard is dat niet zo. Indien ik dat zou beweren, zou ik
liegen. Ik zag vele, mooie dingen. In elke stad of stadje was er wel dat ene,
dat mij deed wankelen. In confrontatie
met schoonheid ga ik wankelen. In
confrontatie met grootsheid ga ik wankelen.
Enkele wankelmomenten heb ik mogen ervaren. Maar waarom dan toch die twijfel? Over die
vraag denk ik al een tijdje na. Ik besef
nu dat het heel misschien die geïsoleerde momenten zijn, die mij doen
twijfelen. Het verbindende sausje
ontbrak. Het sausje, dat die momenten
zou weten aan elkaar te rijgen. Waardoor
we tot die ene, globale indruk zouden kunnen komen. Waardoor we tot dat ene overweldigende verhaal
zouden kunnen komen. Dat zou het kunnen
zijn. Of neen, dat is het. Dat weet ik nu.
Heb ik dan spijt? Heb ik spijt dat ik doorheen Rusland reisde? Neen. Spijt heb ik nooit. Zeker niet bij reizen. Elke reis is winst. Elke reis is een stapje dichter bij de
wijsheid. De wijsheid, waar ik nog ver
van verwijderd ben. Rusland heeft mij
niet enthousiast gemaakt. Dat weet ik
nu. Rusland heeft mij wel wijzer
gemaakt. Ook dat weet ik nu.
Heel waarschijnlijk zal u denken dat ik Rusland achter mij laat. Ongeïnteresseerd. Dat is niet zo. Ik laat het land niet los. Want ik wil het begrijpen. Ik wil de kans om het land ooit te begrijpen niet
mislopen. Ik zal dus blijven
kijken. Ik zal blijven luisteren. Om heel misschien tot de vaststelling te
moeten komen dat ik ziende blind was.
Dan zal ik moeten terugkeren. Het
kan gebeuren. Tot dan blijf ik bij mijn
weifelende verhaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten