donderdag 28 juli 2016

Sardinië, een wondermooie vakantiebestemming. Enkele overtuigende argumenten. Brief aan een Sard.

Beste Sard,
 
Ik vertrok naar Sardinië.  Voor één weekje vakantie.  Vóór mijn vertrek keken sommigen vreemd op als ik uw eiland als reisbestemming opgaf.  Zij leken mijn keuze niet te begrijpen.  Zij hadden die keuze ook ooit overwogen.  Maar uiteindelijk waren ze niet vertrokken.  Zij hadden gekozen voor een andere bestemming.  Zij konden hiervoor geen verklaring geven.  Het was eerder een gevoel dat hen weghield.  Na die lichte waarschuwingen van vrienden/collega’s, geuit uit bezorgdheid, vertrok ik plots met een missie.  Ik zou hen bekeren.  Tot inkeer brengen.  Ik zou terugkeren met een positief rapport.  Een rapport, waaruit zou blijken waarom zij wel moeten gaan.  Althans, dat is wat ik hoopte.
 
Ik zou hen kunnen zeggen dat Sardinië deel is van Italië.  Dat zou kunnen volstaan als verklaring.  Zij weten evenwel dat ik een fan ben van uw land.  Ik ben in hun ogen niet onpartijdig.  Een fan is namelijk blind voor mogelijke foutjes.  Voor mogelijke minpunten.  Nochtans blijf ik kritisch tegenover uw land.  Ik weet heus wel dat uw land mooie, mooiere en mooiste plekjes kent.  U ziet, mijn zin voor kritiek is nog volledig intact.  Maar dat zeg ik niet.  Ik zwijg wijs.
 
Ik zal met overtuigende argumenten huiswaarts moeten keren.  Argumenten, waarvan het enthousiasme afdruipt.  In mijn ogen zullen zij datzelfde enthousiasme moeten kunnen aflezen.  Mijn ogen moeten flikkeren en fonkelen als ik over u zal praten.  In mijn stem zullen zij het plezier en de liefde moeten horen.  Ik zal niet monotoon mogen klinken.  Mijn juiste intonatie en klemtonen zullen hen moeten aansteken met eenzelfde enthousiasme.  Mijn verhaal zal hen zin moeten doen krijgen de koffers te pakken en onmiddellijk naar u te vertrekken.  Ik besef het, er wacht mij een zware taak.  Reizen kan soms zwaar zijn.  Ik troost mij met de gedachte dat iemand het moet doen.  Dat iemand die zware taak op zich moet nemen.  Ik bied mij aan.
 
Na één weekje keer ik terug.  Met argumenten.  Sterke argumenten.  Overtuigende argumenten.  Daarvan ben ik zeker.  Ik twijfel niet aan mijn verkooppraatje.  Ik zal het vertellen.  Enthousiast.  Vol passie.
 
Ik zou hen kunnen vertellen van Alghero.  Ik zou hen kunnen zeggen dat dit stadje niet enkel het vertrekpunt was van onze reis.  Dat het niet enkel de plaats is waar wij zijn geland.  Ik zou hen kunnen zeggen dat het veel meer is dan louter het begin van onze reis.  Alghero is een charmant, middeleeuws stadje.  Een ommuurd stadje aan zee.  Met smalle straatjes, waarin het heerlijk slenteren is.  Elke reis moet ergens beginnen.  Dat is ook zo met deze reis.  Maar toch is er dat ene verschil.  Niet elke reis begint in schoonheid.  Deze wel.
 
Ik zou hen kunnen vertellen van andere steden en dorpen.  Want die zijn er.  Veel.  Allemaal met dat ene ding gemeenschappelijk: charme.  Een charme, waaruit enkel een zonnig vakantiegevoel spreekt.  Ik zou het kunnen hebben over Sassari, Oristano, Nuoro, Porto Cervo, Tharros, … Ik zou het kunnen hebben over uw wonderlijke hoofdstad, Cagliari.  Te vergelijken met die andere havenstad Genua.  Maar uw hoofdstad is minder grootstedelijk.  Is knusser.  Compacter.  Gezelliger.  
 
Ik zou hen kunnen vertellen van de natuur.  Een geweldige natuur.  Een prachtige natuur.  Een ongerepte natuur.  Heerlijke vergezichten.  Helder water.  Azuurblauw.  Smaragdgroen.  Een kleurenpalet dat ik nog nooit en nergens heb mogen aanschouwen.  Al die troeven van een overal aanwezige wondere natuur lijken het best samen te komen op het eilandje Caprera.  Ik kan best begrijpen waarom Garibaldi, de held van twee werelden, dit eilandje uitgekozen had om te leven en te sterven.  Zelfs in de dood wenst men zich te omringen met schoonheid.  Op dit eiland lukt dat best.  Geen enkel probleem.
 
Ik zou hen kunnen vertellen van de witte zandstranden.  Waarop het nog hemels stil kan zijn.  Waarop men nog alleen kan zijn.  Waarop men nog eenzaam kan zijn.  Bij eenzaamheid denkt u misschien aan pure tristesse.  Dat is het niet.  Op of aan het strand staat eenzaamheid gelijk met vrijheid.  Een mooier gevoel dan vrijheid bestaat er niet.  Dat denk ik toch.  Op de stranden hoeft u niet samen te kruipen met andere zonnekloppende wezentjes.  U hoeft zich niet te laten veroordelen tot volgepropte, overbevolkte stranden.  Dat kan.  Maar het hoeft niet.  Heerlijke uitwijkmogelijkheden zijn talrijk.  Er moet eventjes gezocht worden.  Wie zoekt die vindt.  Wie vindt die geniet.
 
Ik zou hen kunnen vertellen over dat heerlijke zonnetje.  Een zonnetje dat wij hier al te vaak moeten ontberen.  Bij u lijkt het een constante.  Alsof die zon nooit van uw eiland lijkt te wijken.  De stralen warmen ons.  Doen ons gloeien.  Nooit wordt het te veel.  Wij hoeven niet te puffen.  Wij hoeven niet te zweten.  Het zweet stroomt niet uit al onze poriën.  Want telkens weer is er dat lichte windje.  Dat windje, dat voor aangename afkoeling zorgt.  Voor natuurlijke afkoeling.
 
Over dat alles zou ik kunnen vertellen.  Het zou moeten volstaan.  Maar toch heb ik nog één troef.  Die ene troef is dat wonderbaarlijke stadje: Orgosolo.  Indien er dat ene opmerkelijke niet was geweest, was het dorpje heel waarschijnlijk in de vergetelheid geraakt.  Door iedereen verlaten.  Door niemand bezocht.  Heel waarschijnlijk zou het dorpje zonder dat ene enkel aangedaan worden door toevallige passanten.  Door toeristen, die passeren omdat zij weigeren op hun gps te vertrouwen.  Maar het is anders geworden.  Orgosolo heeft dat ene, dat toeristen hiernaartoe drijft.  Orgosolo heeft murales.  Dat zijn muurschilderingen met een historische, politieke en/of sociale achtergrond.  Graffiti met een boodschap.  Het begon in 1969.  Maar het blijft doorgaan.  Het stopt niet.  Orgosolo werd zo een openluchtmuseum.  Waar het heerlijk wandelen is.  Slenteren.  U loopt van de ene schildering naar de andere.  Ik zie Allende.  Ik zie Marx.  Ik zie Obama.  Ik zie Marianne.  Nieuwsgierigheid drijft de toeschouwer voort.  Verwondering en bewondering doet diezelfde toeschouwer stilstaan.  Doet hem lezen.  Doet hem kijken.  Uw eiland heeft vele troeven maar dit is een fantastisch extraatje.  Een kunstig extraatje.  Een uniek extraatje.
 

 
 
Ik ben nog maar net terug van uw eiland.  Ik zal vertellen.  Uitgebreid.  Aan allen, die het willen horen.  Aan allen, die het willen lezen.  Aan allen, die het willen vragen.  Want ik ben er geweest.  Ik kan met kennis van zaken praten.  Een expert ben ik nog niet.  Om dat te worden, zou ik nog verschillende keren moeten terugkeren.  Dat kan wel nog gebeuren.  Maar niet onmiddellijk.  Daarvoor is de wereld te groot.  Te vele plaatsen moet ik nog ontdekken.  U moet het mij vergeven.

 

 
 
Zij die twijfelden en daarom uiteindelijk niet naar uw eiland kwamen, zal ik naar u zenden.  Omdat ik wil dat zij hetzelfde ervaren als ik deed.  Een fantastische vakantie.  Met even fantastische ontmoetingen.  Omdat ik wil dat zij hetzelfde kunnen ontdekken als ik deed.  Want ik weet nu al, het zal hen niet spijten.  Omdat ik weet dat zij een heerlijke tijd tegemoet gaan.
 


 
Beste Sard, ik wil u danken voor uw gastvrijheid.  Misschien tot een volgende keer.  Indien niet in dit leven dan wel zeker in het volgende.
 
Met vriendelijke groeten.

2 opmerkingen:

  1. Wim en Brenda het doet mij goed te horen dat Sardinie deze mooie indrukken bij jullie heeft achtergelaten. Als mezzo Sardo dank ik U voor dit mooi verhaal en hoop jullie binnenkort te ontmoeten. Salute Renato en Raymonda

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wim en Brenda, de mezzo nederlander hiervoor kent er niets van...hij moet kiezen : nederlander of sardo. Grapje natuurlijk ! Blij dat het jullie bevallen heeft, wij vonden het ook heel prettig daar, voor de stadjes en dorpjes hadden we wat minder oog toendertijd. De muurschilderingen herinner ik me wel. groetjes, bart en linda

    BeantwoordenVerwijderen