Beste Pascale,
Enkele maanden terug schreef ik u een brief. Een nieuwe wereld was toen voor mij
opengegaan. In die ontdekking had u een
groot aandeel. In die ontdekking had u
het grootste aandeel. Ik had uw
kookboeken ontdekt. Ik besef, ik liep
een beetje achter. Wat velen al meerdere
jaren aan den lijve ondervonden, ervoer ik pas enkele maanden terug. Maar is er geen spreekwoord dat zegt dat laat
beter is dan nooit? Ik dacht het wel.
Beter laat dan nooit ging ik dus grasduinen doorheen uw boeken.
In die brief was ik laaiend enthousiast. Maar in dat aanvankelijke enthousiasme
schuilt enig gevaar. Die geestdrift kan
verschralen. Er kan sleet komen op dat
enthousiasme in die eerste dagen. Dat
slijten kan omslaan in verveling. Die
verveling kan dan op zijn beurt overgaan in afkeer. Walging zelfs. U ziet, enthousiasme kan een vreemd iets
zijn. Het is gemakkelijk aangestoken te
worden door een vurig enthousiasme.
Moeilijker wordt het dat enthousiaste vuur brandend te houden. Moeilijker wordt het dat vuur niet te laten
uitdoven.
Om die reden wens ik u een vervolgbrief te schrijven. Om u te berichten over de huidige stand van
zaken. Want heel misschien stelde u zich
ook vragen bij mijn al te grote enthousiasme.
Deze vervolgbrief kan daarom misschien gelezen worden als een
geruststelling. Een geruststelling van
mij naar u toe. Want na die enkele
maanden kan ik stellen dat ik nog altijd bijzonder enthousiast ben. Nog altijd ben ik uitermate gedreven.
Elke dag stap ik met veel plezier de keuken in. Niet langer wordt het gezien als een
verbanning. Als een straf. Met een stralende glimlach ga ik voor het
kookvuur staan. Om het gekozen recept te
vertalen naar mijn bord. Om alle stappen
uit het boek stipt op te volgen. In het streven
naar een geslaagde vertaling voel ik mij als een klein kind. Een klein kind met heerlijke pretoogjes. In die ogen brandt nieuwsgierigheid. Nieuwsgierigheid naar wat het zal
worden. Naar hoe het zal smaken.
In dat hele proces van vertalen blijf ik de rust zelve. Stress komt nooit om de hoek kijken. De eenvoud van de recepten heeft een grote
hand in die rust. In die eenvoud schuilt
de stilzwijgende belofte dat alle recepten voor iedereen bereikbaar zijn. Dat het voor iedereen doenbaar is. Van de grote sterrenchef tot de meest
stuntelige kluns. U ziet, eenvoud is
geen verwijt. In die eenvoud schuilt de
liefde voor het ambacht. De ambacht van
het koken. In die eenvoud schuilt de
drang om dat ambacht voor iedereen bereikbaar te maken.
Maar er is meer. Veel
meer. Veel meer, waarin ik heden ten dage
genoegen schep. Het winkelen is niet
langer een rotklus. Niet langer schep ik
ongeïnteresseerd groenten in het winkelwagentje. Neen, al enkele maanden is het heel wat
anders. Ik kijk. Gericht.
Ik kies. Weloverwogen. Groenten zijn niet langer een noodzakelijk
kwaad. Groenten zijn bouwstenen
geworden. Bouwstenen voor een
overheerlijk geacht recept. Groenten
zijn ingrediënten geworden. Ingrediënten
voor een kunstwerk. Een kunstwerk, waarbij
ik de kunstenaar ben en u de leermeester.
Die nieuwe interesse verruimt mijn voorheen enge blik. Ik ontdek.
Kikkererwten, knolselder, zeekraal, … Harissa, kurkuma, ras el hanout, …
Niet enkel mijn blik, ook mijn smakenpalet verruimt. Die nieuwe wereld is een openbaring. In die nieuwe wereld loop ik graag rond. Ik kijk naar oliën, azijnen, sausen, … Ik rij
ze niet voorbij. Ik hou halt aan die
winkelrekken. Ik neem flesjes uit de
rekken. Ik lees. Kijk voor wat het kan gebruikt worden. Dit is geen vervelend tijdsverlies. Dit is in tegendeel een wonderbaarlijke
leertijd. Die winkelrekken zijn een
stapelruimte van smaken. Nu wil ik die
smaken kennen. Nu wil ik die smaken
proeven. Uw recepten geven mij daartoe
de gelegenheid.
Koken is een totaalbelevenis geworden.
Een totaalbelevenis, waarin ik van elke stap steeds meer geniet. Het begint met het kiezen van de recepten. Ik blader doorheen uw boeken. Houdt af en toe even halt. Om te lezen.
Om de haalbaarheid van een recept na te gaan. Waarbij ik elke week merk dat ik de status
van haalbaarheid steeds verder uitbreid.
Omdat ik zelf meer durf. Omdat ik
zelf minder twijfel. Dat op zich schenkt
al heel wat voldoening. Dan maak ik een
boodschappenlijstje. Waarna ik even in
de proviandkasten duik. Om na te gaan of
ik bepaalde ingrediënten al dan niet op stock heb. Want nu heb ik in die proviandkasten kruiden
staan. Meer dan enkel peper en
zout. Nu heb ik in die proviandkasten
oliën staan. Hazelnootolie, olijfolie,
kokosvet, … Het boodschappenlijstje neem ik mee naar de winkel. Ik raas niet doorheen de winkel. Ik wandel.
Ik registreer. Ik sla op. Ik kijk wat de winkel te bieden heeft.
In mijn eerste brief had ik het reeds geschreven. Ik leef in een andere tijd. De dagen vóór Pascale Naessens zijn
voorbij. Nu begint de nieuwe tijd. De tijd na Pascale Naessens. Ik leef al enkele maanden in die nieuwe
tijd. Verveling is hiervan nog geen
onderdeel. Mijn enthousiasme wordt niet
aangetast. Nog steeds wordt die nieuwe
tijd gevoed met verrassende ontdekkingen.
Na enkele maanden in uw boeken geleefd te hebben, wil ik u deze tweede
brief toch nog sturen. Na enkele maanden
uit uw boeken gekookt te hebben, voel ik de drang om deze tweede brief toch nog
te schrijven.
Beste Pascale, u hebt mij nog meer plezier in mijn toch al gelukkige
leven geschonken. Dankzij u leef ik nog
intenser. Nog bewuster. Nog voller.
Het lijkt wel alsof al mijn zintuigen zijn aangescherpt. Fijner zijn afgesteld. Mijn leven heeft één extra dimensie gekregen. Die dimensie van het genietend koken. Van het genietend proeven en smaken. Van het genietend eten.
Na enkele maanden Pascale-proof te koken, besef ik ten volle dat ik
niet meer terug kan. Dat ik niet meer
terug wil. Dit is mijn ding. Mijn heerlijke ding.
Beste Pascale, bedankt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten