Beste Bodo,
Het gebeurt niet vaak. Slechts
heel zelden overkomt het mij. Met uw boek gebeurde het. Onmiddellijk en
meteen. Meteen wist ik dat uw boek een
goed boek zou zijn. Dat kan u heel
misschien vreemd lijken. Want moet een
boek niet volledig gelezen worden om pas aan het eind te kunnen oordelen. Moet een lezer niet elke pagina gesavoureerd
hebben om pas dan een juist eindoordeel te kunnen vormen. Ik dacht het wel. Dat lijkt bijna de logica. Maar toch zijn er uitzonderingen. Uw boek is een dergelijke uitzondering. Reeds van bij het begin had ik het gevoel een
exceptioneel boek te lezen. Reeds van
bij het begin had ik dat intense gevoel dat u mij fijne momenten zou
schenken.
U had mijn zwakke plek ontdekt.
Italië. Binnen Europa is dat mijn
favoriete reisbestemming. Nooit heeft dat
land mij teleurgesteld. Met uw boek
vertrok ik opnieuw naar Italië. U liet
mij plaatsnemen in de cabriolet van Julius Reither en Leonie Palm, de
personages uit uw boek. U bracht mij
naar Affi. Naar Modena. Naar Ravenna.
Naar Ancona. Naar Bari. U bracht mij over de straat van Messina. Naar Sicilië.
Ik las uw boek. Ik was op
reis. In mijn hoofd zat ik in
Italië. Ik proefde de sfeer van de
Italiaanse dorpen en steden, die u beschreef.
Ik liep in de straten en steegjes, die u evenzo beschreef. De Belgische zon werd een Italiaanse zon. Uw boek was mijn ticket. Mijn ticket om telkens weer op reis te
vertrekken. Telkens ik uw boek
opensloeg.
Zou dat volstaan om uw boek een goed boek te noemen? Neen. Uiteraard niet. Slechts één reden zou wat minnetjes
zijn. Daarom geef ik u met veel plezier
nog een tweede reden. Uw
personages. Julius en Leonie. Romeo en Julia durf ik hen niet te
noemen. Met die figuren durf ik hen niet
te vergelijken. Wel durf ik hen Thelma
en Louise te noemen. Naar de twee
protagonisten uit die gelijknamige film.
Uw Julius en Leonie worden mijn Thelma en Louise. Met dat ene verschil. Uw helden zijn ouder. Bejaard.
Uw helden laten geen mannen achter.
Wel laten zij hun serviceflat achter.
Nogal impulsief stappen zij de cabriolet in. Beginnen aan een reis. Een roadtrip.
Zonder vooropgezet doel.
Uiteindelijk zullen zij naar Sicilië rijden. Maar dat weten zij nog niet bij de
start. In den beginne was er niks. Zo is het altijd geweest. Met elke gereden kilometer maken zij hun
begonnen verhaal langer. Vullen zij dat
begin verder aan. Met elke gereden
kilometer groeit mijn sympathie voor deze rebelse bejaarden.
Twee goede redenen. Dat klinkt
al wat overtuigender. Maar toch. Wordt er niet gezegd dat alle goede dingen
uit drie bestaan? Het moet dus nog beter.
Een derde reden moet ik vinden. De
liefde. Dat is de grootste reden. De mooiste reden. Hoe mooi kan het zijn getuige te mogen zijn
van een ontluikende liefde. De lezer zit
op de eerste rij. Als bevoorrechte
getuige. De lezer ziet geen jonge
liefde. Geen jonge mensen. Wel een oudere dame. Wel een bejaarde heer. Toch sijpelt in hun zoeken naar liefde een
zekere jeugdigheid. We voelen de
onwennigheid. De onzekerheid. We voelen het zoeken. Het aftasten.
In hun zoeken naar liefde lijken het wel bejaarde tieners. Hun levenservaring zou doen vermoeden dat
alles spontaan gebeurt. Dat is het
niet. Er wordt veel nagedacht. Over hoe de andere te benaderen. Zonder toch opdringerig te zijn. Die zachtheid ontroert. Liefde op hogere leeftijd, het kan. Zelfs met vlinders in de buik. Vlinders, die ook de lezer ervaart. Die lezer leeft mee. Bijna zou ik Julius en Leonie
aanmoedigen. Maar dat kan niet. Dat mag niet.
Liefde moet groeien. Zonder enige
druk van buitenaf. Ik moet dus zwijgen.
Drie redenen. Ik heb drie
redenen gevonden. Of neen, u hebt mij
drie redenen aangereikt. Uw boek mag dus
een goed boek genoemd worden. Dat zou u
gelukkig moeten stemmen. Ik zou dus
kunnen beginnen met het zoeken naar een juiste manier om deze brief af te
sluiten. Om zachtjes aan afscheid te
nemen. Maar toch doe ik verder. Ik blijf schrijven. Want ik wil u nog dingen vertellen. Dingen, die mij het boek doen koesteren. Daarom wil ik u die dingen niet
onthouden. Ik schrijf verder.
Wedervaring. Enkel die titel al. Het houdt mij bezig. Ik tracht de betekenis achter dat ene woord te
achterhalen. Een verklaring vind ik in
het boek. Dat ene woord dekt de
lading. Dat ene woord is de meest
krachtige samenvatting van het boek.
Weder ervaren. Opnieuw
beleven. Er is het herbeleven van de
liefde. Van een liefde. Er is die kans opnieuw passie te voelen. Er is die kans opnieuw te verlangen. Toch is het niet enkel dat. In dat ene woord schuilt meer. In dat ene woord lees ik een herkansing. De mogelijkheid op een tweede kans. Een kans om eerder gemaakte fouten te
herstellen. Jawel, Leonie en Julius zijn
getekend door het leven. In die reis
wordt hen de kans geboden om niet dezelfde fouten te maken. Om opnieuw de richting uit te gaan die in het
voorbije leven te vroeg werd afgebroken.
Wonden kunnen geheeld worden. Ik
reis om te leren. Dat zeg ik wel
eens. Hier is het anders. Hier reist men om te herstellen. Om toch minstens die kans op herstelling te
grijpen.
Nog één ding wil ik u zeggen. Omdat
ik er niet om heen kan. Omdat het moet
gezegd worden. Ik kan mijn brief niet
beëindigen zonder het over de taal te hebben.
Over uw taal. Die taal is van een
uitzonderlijk hoog niveau. Pure
poëzie. U smokkelt in het verhaal heerlijke
overpeinzingen. U verwoordt het op een
dergelijke manier dat het ontroert. Ik
zou enkele voorbeelden kunnen aanhalen. Ter
staving van wat ik zeg. Ik doe het
niet. Het is aan de potentiële lezer te
ervaren wat ik heb mogen ervaren. Dat
heerlijke plezier wil ik hem of haar niet ontnemen. Ik wil de verrassende kennismaking intact
laten.
Beste Bodo. Vijf redenen reikte
u mij aan om uw boek een goed boek te noemen.
Een uitzonderlijk boek. Aan elke
reden koppel ik een ster. Zo wordt uw
boek een vijfsterrenboek. U hebt die sterren
afgedwongen. Op een overtuigende
wijze. Op een prachtige wijze. Mensen die niet lezen durven lezen wel eens
te omschrijven als tijdverlies. Dat is
het uiteraard niet. Dat zal ik nooit
beweren. Wat lezen dan wel is? Dat hebt
u mij alweer doen ervaren. Puur en
intens genot. Dat gaf u mij. Dat schonk u mij. Voor dat mooie cadeau wil ik u uitgebreid
danken. Want het is altijd weer fijn
herinnerd te worden aan die exceptionele kracht van een leeservaring.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten