Twee generaties christen-democraten samenbrengen om het in een
vraaggesprek te hebben over het verleden, het heden en de toekomst van
CD&V. Dat was het uitgangspunt van
Kwets, het onafhankelijk maandblad voor de vrije Wetteraar. Als gesprekspartners nodigden zij Etienne
Backx en Bram De Winne uit. De oudere heeft
al heel wat kilometers op de partijteller staan. De jongere begint aan zijn politieke
reis. Beiden zullen even hun visie
ventileren.
Het vraaggesprek meandert langsheen een aantal gevoelige topics binnen
de partij: het Vlaamsgezinde karakter van de partij, het spel van de standen
binnen de partij, de links-rechts tegenstelling binnen diezelfde partij, het
christelijke karakter van de partij, ...
Zonder een blad voor de mond te nemen laten beide heren hun licht
schijnen over deze onderwerpen.
N-VA en CD&V, het spreekt voor zich dat ook dit thema niet uit de
weg gegaan wordt. De interviewer
informeert naar de huidige relatie met de gewezen kartelpartner. Deze vraagt overstijgt het Wetterse. Uit de vraagstelling kunnen wij afleiden dat
er wordt gepeild naar een mening over de federale en de Vlaamse
regeringsvorming. De Wetterse politiek
wordt hier heel even aan de kant gezet.
Nu schakelt Etienne Backx een versnelling hoger. Hij wil toch heel even een aantal puntjes op
de i zetten. Het doet hem pijn zijn
partij tijdelijk in het verliezende kamp te zien. Dat mag niet verwonderen. CD&V is zijn natuurlijke biotoop. Al jaren blijft hij de partij trouw. In de goede en kwade momenten. Bijna lijkt het een huwelijk. In tegenstelling tot andere opportunistische
gelukzoekers keert hij zijn partij niet de rug toe. Hij neemt zijn partij in verdediging. Telkens als hij dit noodzakelijk acht. Zoals nu.
Nu ziet hij een uitgelezen kans om enkele kanttekeningen te
plaatsen. Niet lukraak, wel
onderbouwd. Zoals steeds. Ik kan het weten, Etienne Backx is mijn
vader. Aan de keukentafel bij ons thuis
heeft het vaak gekletterd. De jongere
sturm und drang moest het hierbij vaak afleggen tegenover de oudere
wijsheid. De debatten waren hevig, het
stemvolume hoog maar steeds vonden wij elkaar aan het eind. Telkenmale moest ik het erkennen, mijn vader
had een punt.
De N-VA? Graag wil Etienne Backx een aantal bedenkingen delen met de
lezer. Niet zozeer over de
partijstrategie. Niet zozeer over het
partijprogramma. Veeleer over de
communicatie. Want daarin ontwaart hij
enkele uitschuivers. Enkele gevaarlijke
kantjes. In de mars van partijmilitanten
op het Antwerpse stadhuis na de gemeenteraadsverkiezingen ziet hij nauwelijks
te ontkennen gelijkenissen met die donkere periode van de dertiger jaren uit de
vorige eeuw. In het boek van Laurence
Rees, Het Charisma van Adolf Hitler, leest hij parallellen met de wijze waarop
de N-VA de Waalse PS diaboliseert. Het
creëren van een externe vijand maakt het eigen partijprogramma bijna
ondergeschikt. Voilà, gezegd werd wat
gezegd moest worden.
Nooit heeft mijn vader N-VA gelijkgeschakeld met het
nationaalsocialisme van Hitler. Nooit
heeft hij gezegd dat het programma van N-VA op enigerlei wijze gelijkenissen
vertoont. Dat zal hij ook nooit
doen. Omdat hij weet dat hij hiervoor
geen enkel geldig en te verdedigen argument kan aandragen. Maar wanneer hij merkt dat beide partijen
raakpunten hebben in hun manier van communiceren meent hij dit onderbouwd te
moeten meegeven. Vrijuit. Ongeremd.
Niet bedoeld om te bruuskeren.
Wel bedoeld om te overpeinzen.
Het interview is voorbij. Het
gesprek wordt afgedrukt. Kan gelezen
worden in Kwets. Wat gezegd werd, staat
nu zwart op wit. Vluchten kan niet
meer. Dat zouden Frans Halsema en Jenny
Arean zingen.
De tijd gaat voorbij. Bijna
ondergaat Kwets hetzelfde lot als alle nieuws-, maand- en opiniebladen. Bijna belandt het op de berg oud papier. Maar dan is er dat vreemde vervolg. Dat rare staartje aan het hele verhaal.
Mijn vader krijgt een telefoontje van de voorzitter van de Wetterse
afdeling van CD&V. Zij was
aangesproken op het interview. Door een
schepen van N-VA. Zijn partij was
bijzonder misnoegd. Hierin kan ik mij
vinden. Het moet best confronterend zijn
zich geplaatst te zien tegenover dergelijke uitspraken. Bij die opmerking had het kunnen
blijven. Maar de schepen gaat
verder. Dergelijke uitspraken
bemoeilijken de huidige samenwerking tussen beide partijen. Kunnen zelfs een zware hypotheek leggen op
mogelijke, toekomstige samenwerking. Als
coalitiepartner zou het CD&V sieren zich in de toekomst van dergelijke commentaren
te onthouden. Die boodschap wordt door
de voorzitter aan mijn vader meegegeven.
Mijn vader knippert met de ogen.
Ik knipper met de ogen als mijn vader dit verhaal vertelt. Want wat moeten wij lezen in dit korte
telefoongesprekje. Moeten wij in dit
gesprek een zekere inperking lezen van de vrijheid op meningsuiting? Moeten wij
deze boodschap interpreteren als een vraag tot censuur of zelfcensuur? Moeten
wij hieruit afleiden dat het enkel de grootste partij voorbehouden is andere
partijen te schofferen? Mag enkel de grote winnaar grommen en bijten terwijl
het de andere partijen strak aan de leiband houdt?
Ik hoef geen antwoord te geven op bovenstaande vragen. Dat moeten beide partijen doen. N-VA moet erkennen dat het in een
opendebatcultuur moet kunnen dat kritiek geuit wordt op te grote uitschuivers
en te grote gelijkenissen. Dat diezelfde
opendebatcultuur een harde, open reactie aanmoedigt. CD&V moet op zijn beurt openlijk durven
zeggen dat elke partijmilitant vrij is zijn of haar mening vrijuit te
verkondigen. Uit schrik moet de partij
niet in het zand kruipen maar zelfbewust moet zij positie kiezen tegenover
N-VA.
Nergens in het interview werd enige opmerking gemaakt over de huidige,
Wetterse coalitiepartners. Niemand laat
zich minachtend uit over één van de coalitiepartners van CD&V. Het bestuursakkoord is onderhandeld. Dat akkoord kreeg groen licht van elk van de
betrokken partijen. Achteraf kritiek
spuien over democratisch genomen beslissingen hoort niet. Dat gebeurt ook niet. Enkel die twee opmerkingen. Meer niet.
Een partij, zelfs de N-VA, moet zichzelf voortdurend in vraag
stellen. Zelfkritiek is absoluut
noodzakelijk voor een partij. Het stelt
een partij in staat zichzelf bij te sturen.
Beide opmerkingen kunnen gekaderd worden in dat kritische zelfonderzoek. Een oefening in zelfreflectie had N-VA kunnen
verleiden tot zwijgen. Vaak is dat het
beste antwoord. Maar de partij liet deze
kans voorbijgaan. N-VA reageerde. Te hard.
Te fel. Buitenproportioneel.
Woord en wederwoord. Dat is wat
moet gebeuren. Zonder enige beperking of
inperking. Zonder enige vorm van
censuur. Een openlijk debat. Zoals vroeger in de keuken bij ons
thuis. Kletterend en luid. Om aan het eind te besluiten dat wij
misschien van mening verschillen maar dat wij elkaar nog altijd liefhebben. In familiaal verband gaat het om
liefhebben. In partijpolitiek verband
kunnen wij misschien beter spreken van respecteren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten