Beste Max,
Ik kom met de fiets naar het werk.
Dagelijks. Elke werkdag fiets ik
naar en van het werk. Ik werk in het
centrum van Gent. Dan is de fiets een te
overwegen alternatief. Met de wagen
doorheen het centrum slalommen, kan soms best een opgave zijn. Een martelgang. Dat wil ik vermijden. Daarom neem ik de fiets. Met mijn fiets moet ik nooit
aanschuiven. Voor mij geen traag tot
stilstaand verkeer. Altijd kan ik
doorrijden. Dat schept rust in het
hoofd. Op de fiets ervaar ik een
zengevoel. Dat bijna nooit wordt
verstoord.
Toch kreeg dat zengevoel deze week een flinke knauw. Laat mij u geruststellen, u had daarin geen
aandeel. U duid ik niks ten kwade. Anderen moet ik met de vinger wijzen. Nochtans, ik zoek geen schuldigen. De schuldvraag is van geen belang. Heel waarschijnlijk maak ik u
nieuwsgierig. Heel waarschijnlijk wil u
weten waarom ik u deze brief schrijf.
Wel nu dan, deze week kwam ik aan op mijn werk. Met een vreemd gevoel. Het leek alsof mijn fiets dienst
weigerde. Of ik nu naar links of rechts
stuurde, het leek moeilijk te gaan. Toch
moeilijker dan op andere dagen. Ik
maakte mij ongerust. Stapte af. Deed een eerste controle. Meteen een korte controle. Want toen ik mijn voorwiel inspecteerde,
stelde ik vast dat mijn fietsband leeggelopen was. Platte tube, zoals ze zeggen.
Een lekke band, het is geen unicum.
Al meerdere keren werd ik geconfronteerd met dit spijtige gebeuren. Ik moet door de Overpoortstraat. De straat van de studenten. Nu durf ik te denken dat heel wat studenten
oprecht menen dat scherven geluk brengen.
Dat die scherven hun garantie bieden op een goed examen. Dat zij via die scherven het geluk over hen
afroepen. Of misschien menen zij dat zij
via die scherven in de gunst komen bij de god van de liefde. Dat die god hen een liefdevolle nacht zal
garanderen. Wat de beweegredenen ook
mogen zijn, ik merk dat ik vele keren doorheen de glasscherven mag
slalommen. Veelal kan ik ongeschonden de
eindmeet bereiken. Veelal blijven mijn
banden intact. Slechts enkele keren
loopt het slecht af. Slechts enkele
keren loopt mijn band heel zachtjes leeg.
Zoals deze week dus.
Ik weet niet wat het was. Deze
keer had ik echt geen zin met mijn fiets aan de hand naar huis te
wandelen. Het vooruitzicht op een lange
fietswandeling maakte mij triest. Ik wou
een oplossing. Een onmiddellijke
oplossing. Zodat ik dezelfde avond nog
naar huis kon fietsen. Op de fiets,
zoals het hoort. Niet naast de fiets.
Een mobiele fietshersteller, dat leek mij de oplossing. Ik ging even op het internet. Als snel vond ik een aantal adressen. Ik maakte vlug een kosten-batenanalyse. Ik nam contact op met de goedkoopste. Dat telefoongesprekje was nogal
ontnuchterend. Op mijn vraag of hij
dezelfde dag nog kon langskomen voor de nodige herstelling, kreeg ik een
antwoord dat ik hoopte niet te moeten horen.
Er was een wachtlijst van drie weken.
Drie weken wachten, dat was geen oplossing. Net vóór ik het gesprek beëindigde, gaf de
man mij nog een tip. De gouden tip,
zoals later zou blijken. Hij zei mij
even te informeren bij Max Mobiel.
Dat deed ik. Ik belde met uw
filiaal in Gent-Centrum. Onder de
stadshal. U zei mij even langs te
komen. U kon niks garanderen. U zat overvol van het werk. Maar misschien. Heel misschien. Heel soms zijn er nog kleine wonderen te
ervaren.
Vol van hoop bracht ik mijn fiets tot bij u. Ik moest even wachten. Dat deed ik.
Met plezier. Want u zou mijn
redding kunnen betekenen. Dus bleef ik
wachten.
Het was mijn beurt. Ik vertelde
mijn verhaal. Mijn verhaal met dat spijtige
einde. U keek naar mijn voorwiel. Naar de lekke band. Ik zei nog dat ik mijn fiets gerust bij u kon
achterlaten. Dat ik wel na het werk mijn
fiets wou ophalen. Zo had u één
volledige dag om die fiets te herstellen.
U knikte. Niet enkel knikte u, u
kwam ook met die verlossende woorden. U
vroeg mij of ik even kon wachten. Want u
kon het onmiddellijk doen. Ik vroeg u
dit even te herhalen. Omdat ik het niet
leek te geloven. Maar u had het wel
degelijk gezegd. U kon het onmiddellijk
herstellen. Ik zegde toe. Uiteraard.
Ik aarzelde geen moment.
Ik liep nog even om geld. Toen
ik terugkwam, was het gebeurd. Mijn
fiets was hersteld. U maakte van mij een
gelukkig mens. Ik glunderde. Mijn dag kon niet meer stuk. U spaarde mij een lange wandeling uit.
Beste Max, u was deze week mijn reddende engel. Ik weet nu waar u resideert. Bij problemen met de fiets haast ik mij naar
u. Zonder enige aarzeling. Want ik heb mogen ervaren wat u kan. Wat u deed.
Het stelt mij gerust te weten dat u altijd in de buurt bent. Daarvoor wil ik u danken.
Met vriendelijke groeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten