vrijdag 20 februari 2015

Kunstcafé Huset, een aanrader! Brief aan Eveline Roels.

Beste Eveline,
 
Nooit eerder waren wij tot bij u geraakt.  Uw kunstcafé bestaat nu al bijna twee jaar.  Toch was het mij nog niet gelukt.  Allerlei uitvluchten kunnen gezocht en gevonden worden.  Maar die doen er niet toe.  Het feit dat ik nog geen voet binnenzette in uw café blijft ondanks al die mogelijke excuses toch bestaan.  Dat feit kan niet weggegomd worden.  Kan niet onder tafel geveegd worden.  Noch kan het ontkend worden.
 
Ik wist van uw bestaan.  Over het bestaan van uw café had ik al vele verhalen gehoord.  Wees gerust, al die verhalen waren unaniem lovend.  In die lovende kritieken kon ik geen enkele negatieve bijklank onderscheiden.  Al die positieve energie deed mij besluiten uw café op mijn to-do-lijstje te zetten.  Vergeten mocht ik u niet.  Ik moest naar u toe.  Maar u weet wat zij zeggen van droom en daad.  Willem Elsschot zou zeggen dat tussen beiden wetten en praktische bezwaren staan.  Zo ver wil ik het niet drijven.  Dat is een beetje te zwaar op de hand.  Toch kan er tussen droom en daad een enorme spreidstand bestaan.  Een bijna niet te overbruggen kloof.  Met elk verder uitstel werd die kloof breder en breder.  Bijna leek het alsof wij van elkaar wegdreven.  Een beetje zoals de continenten, die deden dat in vroegere tijden ook.
 
Bovendien zijn er al die verleidingen, die nauwelijks te weerstaan zijn.  Verleidingen in de vorm van hippe cafeetjes, leuke adresjes en niet te missen spots.  Jawel, de concurrentie is bijzonder groot in het Gentse.  Doorheen die verleidingen moeten wij ons een weg banen.  Om tot u te komen.  Voorwaar niet gemakkelijk.  Vooral als u in overweging neemt dat ik gemakkelijk te verleiden ben.  Niet in de liefde.  Daarin ben ik trouw.  Daarin wijk ik niet af van het rechte pad.  Van het pad van de cafeetjes durf ik wel af te dwalen.  Anders gezegd, met plezier dwaal ik van dat pad af.  Altijd weer leuke kennismakingen.
 
Vorige vrijdag was er dan die mogelijkheid.  Die kans.  Kansen moet men grijpen.  Dat wordt zo gezegd.  Door levensgoeroes en life-coaches.  U kan met deze wijze heren en dames lachen.  U kan ze bespotten.  Maar in die ene leefregel kan en wil ik hen volgen.  Daarom greep ik vorige vrijdag die kans.  Wij kwamen van Oak.  Dat nieuwe restaurant in de Hoogstraat.  Wij hadden lekker gegeten.  Maar die lekkere lunch nam niet weg dat wij nog even wilden afzakken.  Op zoek naar een doorzakkertje passeerden wij aan uw kunstcafé.  Dit was die kans.  Ik omarmde die kans.
 
Vluchten kan niet meer.  Die woorden zong ik niet.  Dat laat ik over aan Frans Halsema en Jenny Arean.  Zij zongen dat vele keren.  Dat is eigen aan een hit.  Hits moeten gezongen worden.  Ik zong dat ene lied niet.  Wel dacht ik aan dat ene lied toen ik bij u binnenstapte.  Vluchten hoefde niet meer.  Ik was gearriveerd.  Ik was aangekomen.  Op die plaats uit mijn lijstje.
 
Ik was in Huset.  Ik was in het kunstcafé.  Onmiddellijk voelde ik mij thuis.  Misschien omdat ik geen echt café binnenstapte.  Eerder stapte ik een huiskamer binnen.  Een gezellige huiskamer.  Daarin voelt een mens zich toch altijd thuis.  Een gezellige huiskamer vraagt geen aanpassing.  In die huiskamer wordt u opgenomen.  Zonder vragen.  Zonder vooronderzoek.  Ik nestelde mij in die warme gezelligheid.  Languit.  In die gemakkelijke zeteltjes.
 
Wat bepaalt die warme gezelligheid? Moeilijk te omschrijven.  Ik wil de woorden gebruiken van een vriend.  Eclectische nostalgie.  Dat zijn de woorden, die hij gebruikte.  Ik zou het niet beter kunnen zeggen.  Ik durf dat te erkennen.  Soms moet men geen vrees hebben leentjebuur te spelen.  
 
Inderdaad wordt men bij het betreden van uw café teruggeflitst.  Met de teletijdmachine van professor Barabas worden wij naar een andere tijd gebracht.  Een verleden tijd.  Een warme tijd.  Een tijd, waarin alles rustiger was.  Kalmer.  Met het dichttrekken van uw deur lijkt het alsof dat gejaagde van het dagelijkse leven van onze schouders valt.  Wij ademen diep in.  Blij.  Welgezind.
 
Wij waren net terug van Oak.  Wij hadden ons buikje volrond gegeten.  Toch laten wij ons verleiden (alweer!) tot een huisgemaakte taart.  Met een thee.  Of een koffie.  Of een whisky.  Lekker smullen hoeft niet duur te zijn.  Dat bewijst u.  Dat toont u met verve aan.  Slechts één euro voor een veganistische chocoladetaart.  Bijna zou ik zeggen dat het niet kan.  Maar het kan wel.  Dat lees ik op de menukaart.  Dat merk ik als ik betaal.  
 
Huset.  Eindelijk zijn wij er geraakt.  Ik kan u eindelijk schrappen van mijn to-do-lijstje.  Of neen, ik doe het niet.  Ik laat u op dat lijstje staan.  Want ik wil terugkeren.  Naar dat warme nest.  Met die democratische prijzen.  Ik keer terug.  Ik kom terug.
 
Nog eens bedankt voor de warme ontvangst.
 
Met vriendelijke groeten.
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten